Tekstweergave van GA-1929_MB016_00015
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
het
schilderij)
stellig
in
Amsterdamwas
gevestigd;
dit
ook
blijkens
een
zijner
ge
-
schriften.
De
heer
Houthakker,
eigenaar
van
het
schilderij,
heeft
in
hetzelfde
nummer
van
de
Vrijdagavond,
de
geschiedenis
van
het
stuk
verteld
en
op
iconographische
gron
-
den
de
toeschrijving
verduidelijkt.
Onge
-
veer
een
jaar
geleden
ging
een
houtkooper
uit
ons
land
naar
Rusland
om
vorde
-
ringen
te
vereffenen,
welke
nog
van
vóór
den
oorlog
dateerden.
Daartoe
dien
-
den
ook
de
portretten
vaneen
man
en
een
vrouw,
welke
volgens
overlevering
waren
geschilderd,
het
eene
door
Rembrandt,
het
andere
door
Frans
Hals.
De
sowjets
veroorloofden
zulk
een
uitvoer
niet
en
zoo
werden
de
stukken
opgerold
en
ineen
houtschip
onder
de
kolen
verstop.
Toen
kwamen
zij
ter
beoordeeling
bij
den
heer
G.
D.
Gratama,
den
directeur
van
het
Frans
Halsmuseum
te
Haarlem,
die
het
de
moeite
waard
achtte
om
ze
eigenhandig
te
restaureeren.
Over
het
vrouweportret
behoeft
blijkbaar
niet
te
worden
gesproken.
Op
dat
van
den
man
vertoont
zich
een
opengeslagen
boek
met
een
Hebreeuwschen
tekst,
Ezechiel
29,
vers
3.
De
heer
Gratama
riep
de
hulp
in
van
den
heer
Seeligmann,
die
onmiddellijk
den
geleerden
Jacob
Sasportas
(ofSaportas)
herkende.
Daarop
is
het
portret
ook
door
dr.
C.
Hofstede
de
Groot
dadelijk
aan
Isaac
Luttichuys
(1616-1673)
toegeschreven.
Deze
vondst
verlevendigt
den
wensch
dat,
evenals
de
Katholieken
te
Amsterdam
in
het
Museum
Amstelkring
vele
historische
merkwaardigheden
hebben
bijeen
gebracht,
ook
de
Israëlieten
hier
ter
stede
de
kunstwerken
en
zeldzaamheden
betreffende
hun
eeredienst,
welke
thans
opgeborgen
en
ontoegankelijk
zijn,
op
dergelijke
wijze
mochten
vereenigen.
De
plaats
voor
zulk
een
permanente
en
open
-
bare
verzameling
lijkt
aangewezen
ineen
van
de,
thans
aan
den
dienst
onttrokken,
kleinere
synagogen
inde
oude
stad.
Prijzen
van
schilderijen
in
vroe
-
ger
tijd.
Meesterwerken
der
oud-
Hollandsche
school,
welke
o.a.
inde
veiling-Six
nog
onlangs
hooge
prijzen
hebben
behaald,
werden
in
vroeger
tijd
slechts
weinig
gewaardeerd,
voor
zoover
althans
de
koopprijs
daarvoor
als
maat
-
staf
kan
gelden.
Hier
volgen
enkele
notities
betreffende
schilders
welke
inde
veiling-Six
waren
vertegenwoordigd
en
daarbij
louter
schilderijen
welke
in
het
Rijksmuseum
zijn.
Jan
Steen
stond
niet
heel
lang
geleden
nog
weinig
hoog
aangeschreven.
Op
de
verkooping
Vander
Werff
in
1811
bracht
„de
kwakzalver”
(25
bij
22
c.M.)
/
53
op;
„de
losbol”
werd
in
1812
ge
-
kocht
van
Muilman
voor
/
60;
het
mooie
portret
van
den
schilder
zelf,
in
1821
van
den
kunstenaar
Hodges
voor
/150.
Vermoedelijk
door
het
onderwerp,
ging
„Prinsjesdag”
veel
hooger,
want
dit
stuk
werd
inde
veiling
J.
de
Lelie
&
Hulswit
in
1826
met
/
2000
betaald.
Wèl
een
groote
stijging
als
men
opmerkt
dat
de
prachtige
„Boerenbruiloft”
(37
bij
48
c.M.)
op
de
veiling
Hoogenbergh
in
1743
slechts
/
81
haalde.
Jan
van
der
Heyden.
„De
ophaalbrug”
(36
bij
44
c.M.)
deed
op
6
Jan.
1808
in
de
veiling
Vander
Pot
te
Rotterdam
/
525.
Voor
den
tijd
nog
een
tamelijk
hoog
bedrag.
Gerard
ter
Borch.
Het
kostelijke
schil
-
derijtje
„de
vaderlijke
vermaning”
ging
in
1763
op
de
verkooping
van
mevr_
7