Tekstweergave van GA-1929_JB026_00272

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
is gebouwd, was gemaskeerd door de Waag, een heel oud en heel lelik gebouw, dat de koning heeft laten afbreken, tot grote ergernis van sommige mensen, die liever gebrek aan lucht hebben, dan een goties gebouw prijs te geven, waarvoor zij uit sleur een soort verering hebben. Om het voor zijn nieuwe bestemming geschikt te maken, heeft men het stadhuis van binnen gemoderniseerd, hetgeen met grote kosten is gepaard gegaan. Nergens ter wereld wellicht vindt men een zo mooie receptiezaal. Een brede bronzen deur, met twee vleugels geeft toegang tot dit prachtige vertrek, dat 120 voet lang, 38 voet breed en 98 voet hoog is en dat licht ontvangt door twintig dubbele ramen. Aan een van de einden bevindt zich een reusachtige figuur, voorstellende Atlas, die de wereld op zijn schouders torst en geflankeerd is door de Wijsheid en de Waakzaamheid. Het plafond is beschilderd met allegonese figuren, en op de vloer, die tans bedekt is met een prachtig tapijt, heeft men m koper en in marmer van verschillende kleuren de beide halfronden getekend en daartussen de hemelglobe. Het was een overweldigend gezicht, toen in deze zaal, nadat ze van schitterende meubelen was voorzien, voor de eerste maal de lichtkronen en de girandoles waren ontstoken, op de verjaardag van de instelling van de Ordre de la Réunion. Niettemin schijnt het paleis op de Dam voor koning Lodewijk geen aangenaam verblijf te zijn geweest. Het verbaast altans de schrijver met, dat hij, ten einde zo nu en dan die „pnson d’Etat te kunnen ontvluchten, het oog het vallen op het mooie huis van dein heel Europa bekende bankier Hope, te Haarlem, het „Samt- Cloud van Holland’ . Het zijn daar natuurlik vooral de hyacmthen- en tulpenvelden, die de bewondering der Fransen wekken. Van de stad zelf wordt alleen vermeld, dat de straten er ruim zijn en dat men er een beroemd orgel vindt, volgens kenners het mooiste van Europa. Maar ook wordt gewag gemaakt van de merkwaardige oud-Hollandse gewoonte, die m het begin der 19e eeuw nog te Haarlem bestond, om aan de deur van de huizen, waar een nieuwe wereldburger was geboren, een fraaie wollen bal (pelotte), versierd met kant te bevestigen, rosé als het een meisje, blauw wanneer het een jongen gold. Die bleef veertig dagen hangen en gebeurde het, dat de gelukkige ouders lastige schuldeisers hadden, dan was het deze ge - durende al die tijd verboden te manen. Tot de Hollandse gewoonten, die geen genade kunnen vinden in schrijvers ogen, behoort o.m. het „glazenwassen . Overdrijving van het goede, zegt hij, leidt vaak tot misbruik en meermalen ontaardt een verstandige gewoonte ineen manie. Zo is het in Holland met het veelvuldig schoonmaken van de buitenkant der huizen. 218