Tekstweergave van GA-1928_MB015_00096
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
amstelodamum
eigenaar,
nu
wijlen
prof.
jhr.
dr.
J.
Six,
tot
eere
strekt.
In
1632
schilderde
Rem
-
brandt
het
portretstuk
van
Nicolaes
Tidp
en
zeven
leden
van
het
chirurgijnsgild.
lot
1828
is
dit
inden
vroegeren
zetel
van
het
gilde,
de
St.
Anthonieswaag,
ge
-
bleven
en
toen
ten
behoeve
van
het
weduwenfonds
der
chirurgijns
voor
/
32.000
aan
den
Staat
verkocht.
Voor
dezen
aankoop
bracht
het
Trippenhuis
door
ver
-
koop
van
dubbelen
ƒ
20.600
op,
het
Mauritshuis
/
900,
terwijl
/
10.500
uiteen
post
voor
onvoorziene
uitgaven
werd
gevonden.
Het
is
de
beroemde
ontleedkundige
les,
dooreen
zeldzaam
onhistorische
daad
der
regeering
niet
teruggekeerd
naar
Amsterdam,
maar
geplaatst
in
het
Mauritshuis.
In
1656,
toen
de
groote
meester
het
hoogtepunt
van
zijn
kunst
had
bereikt,
schilderde
hij
een
tweede
dergelijk
stuk
van
den
professor
anatomiae
dr.
Joan
Deyman,
met
den
collegiemeester
(assistent
en
tegelijk
administrateur)
staande
bij
een
lijk,
en
op
den
achtergrond
zeven
andere
leden
van
het
gilde.
De
tijdgenooten
hebben
het
werk
niet
altijd
ten
volle
gewaardeerd,
maar
er
is
althans
één
blijk
van
het
tegendeel.
De
Duitsche
reiziger
Z.
C.
von
Uffenbach
(zie
J.
N.
Jacobsen
Jensen
in
„Reizigers
te
Amsterdam”,
nr.
106,
een
uitgaaf
van
ons
genootschap)
heeft
in
1711
ook
een
bezoek
ge
-
bracht
„op
de
Schneykacmer,
oder
Theatro
Anatomico”.
Hij
vermeldt
10
groote
en
3
kleine
voorstellingen,
alle
„Zcrgliederungen
oder
Sectionen”
en
noemt
ze
fraai
geschilderd.
„Der
Junge
so
ons
herumführte
rühmte
die
Schilderey
ander
Thürc
insonderheit,
allwo
der
Todte
in
der
Verkürzung
liegt,
so
das
man
ihn
unter
den
Fuszhole
siehet.”
(Dus
de
Deyman).
Hij
geeft
echter
verre
de
voorkeur
aan
88
Rembrandt’s
eompositie-schets
voor
de
anatomie
van
Deyman
(werkelijke
grootte)