Tekstweergave van GA-1928_JB025_00181

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
waren, tot groote onruste, oneenicheyt ende scheuringhe streckende, niet sonder merckelycke schade ende prejudicie van den welstandt der Landen, oock verhm - deringe van de opbouwinghe der Chrlstelycke gemeente ende dat in eemge Steden by de Kerckelycke persoonen te seer jeghens de publycque authoriteyt der Overheyt in Kerckelycke saken wordt wtghevaeren. Daarom werd nu met meer nadruk naar voren gebracht de kerkorde van 1591, voor zoover die betrekking had op de benoeming van kerkelijke personen en op de kerkelijke vergaderingen. Daar men in sommige steden en dorpen onkunde had voorgewend, werd nu (Dec. 1613) aan de magistraten der steden, aan de hoofdofficieren inde dorpen, en ook aan de respectieve classes, behalve de verschillende resolutiën tot vrede, int bizonder die van 1614, ook nog overgezonden een extract uit bedoelde kerkorde, t.w. de inleiding, en de artikelen I, 11, XI, XXIX en XXX, dat zijn die, welker toepassing nu noodzakelijk geacht werd. Daarbij was in hoofdzaak het volgende bepaald: 10. Inde steden zal ineen voorkomende vacature vaneen dienaar des Woords voorzien worden dooreen kiescollege van 4 politieke en 4 kerkehjke personen, de eerste groep door de magistraat te benoemen. Aan de overheid komt bovendien het recht van veto tegen de gedane keuze toe. Inde dorpen treden hoofdofficier, (schout) en gerecht als wereldlijke instantie op, tenzij een heer of ambachtsheer daar aanspraak op kan maken. 20. De ouderlingen en diakenen worden op soortgelijke wijze voorgedragen, tot een getal gelijk aan 1/3 boven het vereiste aantal, althans in steden en heerlijkheden. Magistraat of Heer doen de keuze. 30. Inde Kerkeraad heeft een overheidspersoon mede zitting. 40. Klassikale vergaderingen worden samengeroepen door de overheid van de stad, waar ze gehouden zullen worden; deze zal er ook enige personen naar toe mogen sturen. Daarmee kwam de „publieke autoriteit” behoorlijk tot haar recht. Alleen.. .de toe - passing moest, als steeds, weer facultatief gelaten worden. Konden, op het platteland de Staten, inde goedgezinde Steden de magistraten de doorvoering der kerk - ordening verzekeren, wie zou Amsterdam dwingen? Zoo schreed Oldenbarnevelt van consequentie tot consequentie. Toen bleek, dat bedoelde resolutiën, enz. bloot stonden aan allerlei „kwade interpretatie , werd inde voorjaarsvergadering van 1616, na uitdrukkelijke verklaring, dat de Staten „de Christelycke gereformeerde Religie na Godes H. woort in suyverheyt by Public - 'que auctoriteyt" wilden handhaven, besloten, dat „alle Kerkendienaren ende goede 133