Tekstweergave van GA-1927_JB024_00165
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
De
„vermaeckelycke
bogaert”
der
Nieuwe
Nonnen
was
na
1579
tot
tuin
der
Regenten
en
Regentinnen
bestemd;
behalve
de
Regenten
en
Regentinnen
mocht
zich
niemand
inden
tuin
ophouden.
Inden
hoek
bij
de
gallery
bevond
zich
het
zomerhuis
der
Regenten;
in
het
plafond
ervan
was
de
beeltenis
van
den
voormaligen
schutspatroon
van
het
Gasthuis
in
gips
aangebracht;
aan
de
wanden
hingen
de
borden
met
„Wapens
en
Namen
der
Kerckmeesteren
en
Regenten”.
Betreffende
het
oudste
dezer
borden
bevat
eender
Notulen
en
Rosolutieboeken
van
het
Gasthuis
1
de
volgende
bijzonder
-
heid.
Het
eerste
in
1602
in
dienst
gestelde
bord,
schijnt
ten
gevolge
van
dezeker
niet
verwachtte
vele
bestuurswisselingen
reeds
in
1657
bijna
geheel
met
wapens
en
namen
beschilderd
geweest
te
zijn,
welk
feit
een
rymlustig
Regent
als
volgt
inde
notulen
opteekende:
„Soo
men
’t
Regentbord
niet
en
will
vermaeken’',
„Sal
menighe
Confrater
straks
ineen
hoeck
geraecken”,
waarop
eenvoudig
geresoluteerd
werd:
„De
Lap(er)
aff,
en
een
nieuw
daertoe
ge
-
maeckt”.
Evenwel
werd
eenigen
tijd
daarna
„bij
anderen
verstaen,
te
wachten
tot
dat
het
hordt
vol
is”.
Regentinnen.
De
Regentinnen,
aanvankelijken
„Buytenmoeders”
genaamd,
„waeren
ghestelt
over
den
linnen
ende
wollen
huysraet
ende
sommighe
andere
dingen,
tot
de
aan
-
schouwinghe
van
den
huyse
dienende”.
Zij
hadden
hun
Comptoir
inden
noord
-
westelijken
hoek
van
de
Regenten-
en
Regentinnentuin,
begrensd
door
de
gallen'
en
de
Gasthuiskerk,
waai
zij
des
Vrijdags
vergaderden.
Van
het
bestaan
eener
onderlinge
werkverdeeling,
alsook
vaneen
huishoudelijk
reglement
voor
de
Regentinnen,
blijkt
niets;
waarschijnlijk
fungeerde
de
oudste
alsDecanesse.
Ook
voor
hen
was
een
„zoomer
-
huysken”
geplaatst
inden
hiervoor
genoemden
tuin.
Wellicht
hebben
de
„Naamlijsten
van
de
Mevrouwen
Buytenmoeders”
in
dit
huisje
een
plaatsje
gevonden.
Het
ambt
van
„Buytenmoeder”
dateert
waarschijnlijk
eerst
van
het
laatst
der
16de
eeuw.
Dein
de
„Vuytghiftboecken”
A°.
1589
—1600
genoemde
Moeders
kochten
zelf
de
benoodigheden
ten
dienste
van
de
keuken,
als;
speceryen,
brood
etc.
Een
post,
voorkomende
in
het
oudste
der
hiervoor
genoemde
boeken,
heeft
betrekking
op
een
bedrag
„door
onse
Aechtemoer”
uitgetrokken
voor
't
aankoopen
van
meel,
,
.waervoor
die
arme
siecken
op
Vastelavent
sullen
werden
gepannekoeckt”.
1
A
6
n°.
29.
115