Tekstweergave van GA-1927_JB024_00078

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Kort na zijn optreden stelde hij een schout aan te Naarden, Huiden, Weesp, Diemen en inde maand December van 1305 ook een te Amsterdam. Schepenen van Amster - dam worden genoemd inden post:,, Item des anderen manendaghes endedesdinsdaghes na Pinxtren was Bernd tot Amstelredamme ende sette daer scepen ende besach die slusen”. En de raden vinden we o.a. aldus vermeld: „Item dessoenendaghes vor onser Vrouwen dach assumptio sende Bernd Hughen tot Amestelredamme, dat si horen raet jeghen hem senden souden alse omme goet dinc te spreken tuschen mijn here dien biscop ende hem”. Welke nu precies de bevoegdheden waren vaneen zoo uitgebreid dorpsbestuur één schout, zeven schepenen en twee a vier raden is een raadsel, vooral na 1304, toen het landsheerlijk gezag inde persoon van Bernd van den Dorenwerde zoo diep ingreep in het plaatselijk leven. Van keuren maken zal wel geen sprake meer zijn ge - weest. De volgende post herinnert ons nog even den moord op Floris V. „Item des andren donresdaghes na Paschen was Bernt te Muden op den dyc ende dingede jeghen Jacob Scrivers erfname,....” Jacob Scriver was één dergenen, die in 1296 het land hadden moeten ruimen. Ter Gouw veronderstelt, dat hij een secretaris was geweest en uit hooide van zijn betrekking van de plannen der edelen had geweten. Het blijkt dus, dat hij in 1306 overleden was, en zijn erfgenamen wilden nu hun aan - spraken op zijn in beslag genomen goederen geldig maken. Daarvoor moest zeker Bernd naar Huiden, om die aanspraken nietig te verklaren; immers wij weten van elders dat Jacob de Scriver, stellig de zoon van den balling, in 1321 de goederen, die ondertusschen ten bate van den graaf verhuurd waren, terugkreeg. En volgende posten bevatten het verhaal vaneen sportieve expeditie met het doel, eenige landelijke dieven te vangen. Het eind van de expeditie was alles minder dan tragisch; men leze: „Item des woensdaghes na sinte Odulfs dach doe Bernd den lude verbeyde uten lande van Amestel, die hi ontboden hadde alse mit hem te varen om die lude te vaen die die coyen namen mit Jacob Nellen soen”. „Item ter selver tijt doe Bernd die coyen weder haelde vuytten lande van Amestel die Jacob Nellen soen ende sine ghesellen ghenomen hadden en die lude venc, doe gaf hi dien van Amestel - revene ende van Oude Amestel 1 vat biers, dat coste XV s. Item ter selver tyt dien van Amestelredamme 1 vat biers, XV s. Item dien van Diemen 1 vat biers, X s. Item dien van Wesepe 1 vat biers, X s. De eenvoudige poorters en huislieden dier dagen veroorloofden zich nog niet allen de luxe vaneen achternaam; inde officieele rekeningen van ’s bisschops baljuw 28