Tekstweergave van GA-1926_MB013_00009
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
MEDEDEELINGEN
VAN
HET
BESTUUR
UITGAVE
VAN
EEN
ALBUM-OUD
AMSTERDAM
In
verband
met
dein
1925
gevierde
jubilea,
besloot
het
Bestuur
een
album
samen
te
stellen,
waarin
een
vijfentwintigtal
reproducties
van
17-eeuwsche
teekeningen
van
amsterdamsche
stadsgezichten
zal
worden
opgenomen.
Voor
de
leden
van
ons
Genootschap
zal
dit
album
verkrijgbaar
worden
gesteld
tegen
den
geringen
prijs
van
vier
gulden.
Ten
einde
de
grootte
der
oplage
eenigszins
te
kunnen
bepalen,
is
het
noodig
vooraf
te
weten
hoeveel
exemplaren
door
onze
leden
worden
genomen.
Den
leden,
die
een
of
meer
exemplaren
wenschen
te
ontvangen,
wordt
derhalve
verzocht
dit
vóór
20
Januari
e.k.
mede
te
deelen
aan
den
secretaris
dr.
Joh.
C.
Breen,
Keizersgracht
18.
HET
FRANSCHE
BOEK
IN
AMSTERDAM
Onlangs
werd
tot
doctor
inde
letteren
en
wijsbegeerte
aan
de
Universiteit
van
Amsterdam
bevorderd
de
heer
Y.
Z.
Dubosq
na
verdediging
vaneen
proefschrift
onder
den
titel:
Le
livre
francais
et
son
commerce
en
Hollande
de
1750
a
1780
(Amster
-
dam,
H.
J.
Paris).
Daar
de
handel
in
fransche
boeken
voor
een
niet
gering
deel
in
Amsterdam
werd
gedreven
naast
Amsterdam
komen
eigenlijk
alleen
Leiden
en
Den
Haag
in
aanmerking
is
het
van
belang
in
dit
maandblad
de
aandacht
op
dit
bedrijf
te
vestigen.
Eigenlijk
doet
men
verkeerd
alleen
van
boekhandel
te
spreken;
wat
hier
allereerst
op
den
voorgrond
komt,
is
minder
de
boekhandel
dan
de
uitgeverij.
Ook
voor
het
fransche
boek
was
daarvoor
Amsterdam
van
de
grootste
beteekenis
inde
achttiende
eeuw.
'ln
de
achttiende
eeuw
werden
de
goede
traditiën
van
den
hollandschen
boekhandel
genandhaafd
dooreen
aantal
uitnemende
hollandsche
drukkers,
uitgevers
en
boek
-
handelaren.
Maar
naast
deze
Hollanders
zien
wij
ook
Franschen
op
het
tooneel
ver
-
schijnen,
mannen
als
Rey,
Changuion,
Mortier,
Néaulme
en
anderen.
Zij
kwamen
juist
op
het
oogenblik,
toen
hun
diensten
onmisbaar
waren
voor
den
boekhandel
in
Holland.
Want
de
letterkundige
productie
van
Nederland
was
inde
tweede
helft
der
achttiende
eeuw
niet
zoo
omvangrijk,
dat
daardoor
alleen
een
bloeiende
boekhandel
zou
hebben
kunnen
bestaan.
Men
moest
dus
zoeken
naar
een
nieuw
terrein
van
werkzaamheid
en
naar
artikelen,
waarin
de
handel
meer
vooruitzichten
zou
aanbieden.
Het
fransche
boek
was
voor
zulk
een
handel
van
zelf
aangewezen;
de
hollandsche
uitgevers
hebben
het
belang
daarvan
begrepen
en
hier
een
mijn
aangeboord,
die
voor
hen
zeer
profij
-
telijk
is
gebleken.
Maar
die
belangrijke
handel
in
fransche
boeken
trok
ook
van
zelf
weer
fransche
uitgevers
en
boekverkoopers
naar
Holland
en
naar
Amsterdam.
|Het
getal
van
deze
fransche
boekhandelaren
is
ook
te
Amsterdam
aanzienlijk
ge
-
weest,
zooals
door
de
gildeboeken
afdoende
wordt
bewezen.
En
bovendien
wijzen
de
boeken
zelf
uit,
van
welk
een
omvang
en
beteekenis
de
fransche
boekhandel
in
Amster
-
dam
is
geweest.
Die
boekhandel
blijkt
een
zuivere
handelszaak
te
zijn
geweest,
zooals
zij
dat
trouwens
bij
de
meeste
Hollanders
ook
was.
Zij
waren
uitnemende
handels
-
menschen,
maar
inden
eigenlijken
zin
geen
cultuurdragers,
hoeveel
zij
ook
tot
de
verbreiding
der
eigenaardige
achttiende-eeuwsche
beschaving
hebben
bijgedragen.
Trouwens,
het
blijkt,
dat
deze
mannen
eigenlijk
weinig
ontwikkeling
bezaten.
Rey
erkende
zelf,
dat
hij
eigenlijk
nooit
had
gestudeerd
en
dat
hij
reeds
als
jongen
van
zeventien
jaar
zijn
eigen
kost
had
moeten
verdienen.
Néaulme
schreef
een
Fransch
vaneen
onvergeeflijke
slordigheid.
Toch
zijnde
namen
van
deze
en
andere
mannen
met
gulden
letteren
inde
annalen
van
den
boekhandel
geschreven,
omdat
zij
de
groote
verantwoordelijkheid
hebben
gedragen
vaneen
arbeid,
die
cultureel
van
de
grootste
beteekenis
was.
Want
wat
hun
aan
ontwikkeling
ontbrak,
werd
ruimschoots
aange
-
vuld
door
handelskennis
en
vooral
handelsgeest,
die
in
elk
bedrijf
nu
eenmaal
on
-
misbaar
zijn.
Maar
zij
zouden
hun
eigenaardige
beteekenis
niet
hebben
kunnen
verkrijgen,
wanneer
zij
niet
waren
voorgelicht
en
gesteund
door
mannen
van
groote
beschaving
en
ontwikkeling.
Naast
de
uitgevers
zelf
staan
mannen
als
De
Loches,
Yvon
en
Voyard
du
Chenau,
die
telkens
advies
geven
omtrent
de
keuze
der
uitte
geven
boeken
en
die
zelfs
de
correctie
der
drukproeven
verzorgen.
Zelfs
had
een
man
als
Néaulme
de
hulp
van
zijn
meer
geletterde
vrienden
noodig
voor
het
opstellen
van
brieven
en
circulaires.
1