Tekstweergave van GA-1926_JB023_00142

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Of aan de gasten een nachtleger verstrekt werd dan wel dat zij het zich op de banken, in het ~Warmhuys” of den „Warmhaert” rondom een haardstede opgesteld, gemak - kelijk hebben moeten maken, blijkt uit de geraadpleegde bescheiden niet. Een mede - deeling betreffende den Bayerd van het Amsterdamsche St. Pieters Gasthuis vóór 1579, maakt het waarschijnlijk, dat dit laatste wel regel geweest zal zijn. Tot zoover over de Bayerds in het algemeen; omtrent de geschiedenis der Delftsche Utrechtsche, Leidsche, Middelburgsche- en andere Bayerds bevatten De Nederl. Stedenbouw (II dl. „Oud Nederl. Steden” door C. H. Peters). De levensloop vaneen ziekenhuis, door dr. D. Schoute en Over den gebrekkigen staat van geneeskundige inrich - tingen voor zieke armen te Leiden, door dr. C. W. A. van Kaathoven en dr. A. H. v. der Boon Mesch, tal van merkwaardige bijzonderheden. Dat de Amsterdamsche Bayerds, meer nog dan die inde hiervoor genoemde plaat - sen, ineen bestaande behoefte voorzagen, ligt voor de hand; niet alleen deden handel en zeevaart tal van lieden naar Amsterdam trekken, teneinde werk of wel plaatsing op een schip te zoeken; ook vagebonden, bedelaars, speelluyden, goochelaars e.a. kwamen voor hun bedrijf gaarne daarheen, in ’t vooruitzicht van gratis nachtverblijf gedurende eenige dagen. Omtrent den Bayerd van Amsterdam’s oudste Gasthuis het reeds in 1361 be - staande St. Elisabeths Gasthuis, een mannen-Gasthuis is weinig meer bekend dan dat de .ingang ervan zich bevond aan de zijde van „die Plaetse” (Dam) I ;hetis waarschijnlijk uitsluitend een mannen-Bayerd geweest. Dat deze Bayerd reeds vóór althans in 1413 bestond, blijkt uiteen kostkoopersbrief van dat jaar, waarin „met consent van de Raden der Stadt”, de Beraders en Oudermans van het St. Elisabeths- of Heilige Geest-Gasthuis ééner en Claes Willemsz. ander zijds voor Schepenen overeenkomen, dat Claes zijn kost in het Gasthuis zal koopen. Daarvoor „zal hi” onder anderen „den zieke inden gasthuse hoer behoefte doen hebben van des gasthuus goede en boede en oec die 'vreemde gaste best uw e, (in bedwang houden) en gheviel hem daer hinder in, dat hys niet machtich en ware, zoe zoude hyt den Oudermans toeghen en die souden hem daerin sterken en te bate koomen” 2 . Het Lieve Vrouwen-Gasthuis bezat eveneens een Bayerd, vermoedelijk alleen voor 1 Een zeer mooie afbeelding daarvan bevindt zich in het Museum Fodor. 2 Wagenaar I, blz. 37 Bijl. 94