Tekstweergave van GA-1926_JB023_00051

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
inleiding door den heer De Balbian Verster. Voorts verscheen van de hand van dr. M. G. de Boer nog een beknopte Gids. Wel mag hier vermeld worden, door wie in hoofdzaak de verschillende onderdeelen zijn verzorgd. De stedelijke geschiedenis in het algemeen werd behandeld door prof. Brugmans en dr. Breen; het kerkelijk en geestelijk levender middeleeuwen, door dr. Sterck; het boek- en bibliotheekwezen door dr. Burger; de topographie door de H.H. ’t Hooft en Van Eek; de scheepvaart door den heer ’t Hooft; de cartographie door dr. F. C. Wieder; het glas- en zilverwerk, de meubelen en het beeldhouwwerk door dr. Hudig; de teekeningen en etsen van Rembrandt door jhr. H. Teding van Berkhout; de wetenschap en de letterkunde door den heer Vander Bijll; het kerkelijk leven na de Reformatie door dr. Breen; de zeden en gewoonten door mej. dr. L. van Nierop; de economische geschiedenis door dr. M. G. de Boer en dr. J. G. van Dillen; de gemeentelijke diensten en bedrijven door dr. I. J. Brugmans; de penningen door den heer W. K. F. Zwierzina; de schutterij door den heer A. J. J. Ph. Haas; de pers door den heer J. G. H. Götz van der Vet; de Breitner-verzameling en de topographische schilderijen in het Stedelijk Museum door den heer Baard. Voorts werd bij het in - elkander zetten van alle afdeelingen voortdurend de voorlichting genoten van de beide museum-directeuren; ook de namen van de dames C. J. Hudig en dr. A. E. C. Vander Looy van der Leeuw, wetenschappelijke assistenten en M. A. Zettels, secretaresse bij den dienst van het Rijksmuseum, en van den heer Modderman, die in het Rijksmuseum met de administratie der ingezonden voorwerpen was belast, moeten hier worden genoemd, als van medewerkers, die zich allen veel moeite hebben getroost om het welslagen der tentoonstelling te bevorderen. Op voorstel van den heer Baard had het Gemeentebestuur toegestaan dat de zalen der Sophia Augusta-stichting inde tentoonstelling werden opgenomen. Deze kamers waarin o.a. ook het ingezonden porcelein werd geëxposeerd vormden zeer zeker eender attracties voor de bezoekers. Toegangsbewijzen, die het recht gaven tot een bezoek aan de beide Musea, werden aan den ingang verkocht tegen / i. —. Voor leden van Amstelodamum en van allerlei andere corporaties waren ze verkrijgbaar tegen / 0.60. Sinds het begin van September waren de tentoonstellingszalen in het Stedelijk Museum (uitgezonderd de op de bovenverdieping tentoongestelde schilderijen) verlicht, en toegankelijk voor / 0.25. Een reclamebillet, ontworpen door Huib Luns, geïnspireerd door motieven uit de Claudius Civilis, werd op ruime schaal verspreid, terwijl aan de pers, ook in het buitenland, voortdurend inlichtingen werden verstrekt. 5