Tekstweergave van GA-1925_MB012_00086
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
te
bepalen.
Daar
aan
B.
en
W.
bleek,
dat
hier
-
uit
inderdaad
moeilijkheden
ontstaan,
achten
zij
den
tijd
gekomen,
om
de
stad
te
verdeelen
in
eenige
groote
kwartieren.
Wordt
dan
tot
regel
aangenomen,
dat
ieder
bij
het
gebruiken
vaneen
straatnaam
daarbij
het
stadskwartier,
waarin
die
straat
ligt,
aangeeft,
dan
mag
aan
-
genomen
worden,
dat
het
bovenbedoelde
be
-
zwaar
goeddeels
is
ondervangen.
~De
administratie
der
posterijen,
die
op
decen
-
tralisatie
van
den
dienst
is
bedacht,
ziet
in
verdeeling
der
stad
als
bovenbedoeld
een
ge
-
wenscht
middel
om
een
richtige
uitoefening
van
den
postdienst
te
bevorderen.
~Ook
de
amsterdamsche
Vereeniging
ter
be
-
hartiging
van
de
Belangen
der
Binnenlandsche
Beurtvaart
heeft
aan
B.
en
W.
te
kennen
ge
-
geven,
dat
de
thans
voorgedragen
regeling
in
het
belang
van
haar
leden
moet
worden
geacht.
„B.
en
W.
zouden
de
stad
verdeeld
willen
zien
in
vijf
kwartieren,
die
de
namen
Centrum,
Noord,
Oost,
Zuid
en
West
zouden
kunnen
dragen
en
de
begrenzing
van
die
kwartieren
zou
als
volgt
kunnen
worden
vastgesteld:
„I°.
Centrum,
het
gebied,
begrensd
door
het
afgesloten
IJ,
Noordzeekanaal,
grens
Oud-
Amsterdam
(langs
Westerbegraafplaats),
spoor
-
baan
Amsterdam-Zaandam,
Westerkanaal,
Singelgracht
en
Loozingskanaal;
~2°.
Noord,
het
geheele
gebied
benoorden
het
U;
~3°.
Oost,
het
gebied,
begrensd
door
Amstel,
Singelgracht
en
Loozingskanaal;
~4°.
Zuid,
het
gebied,
begrensd
door
het
Nieuwe
Meer,
Schinkel,
lijn
Zandpad-Schinkel
-
havenstraat.
Singelgracht
en
Amstel;
~s°.
West,
het
gebied
bewesten
grens
Oud-
Amsterdam
(langs
Westerbegraafplaats),
Spoor
-
baan
Amsterdam-Zaandam,
Westerkanaal,
Singelgracht,
lijn
Zandpad-Schinkelhavenstraat
Schinkel
en
het
Nieuwe
Meer.
„Wordt
tot
zoodanige
indeeling
der
stad
be
-
sloten,
dan
zou
onder
elk
naambord
vaneen
straat
gevoegd
moeten
worden
een
bordje,
aan
-
gevend
het
stadskwartier,
waarin
deze
straat
ligt.
Het
moge
overbodig
schijnen
zulke
bordjes
aan
te
brengen
onder
alle
straatnamen
omdat
het
niet
twijfelachtig
is,
of
bijv.
een
straat
aan
de
noordzijde
van
het
IJ
wel
tot
Amster
-
dam-Noord
behoort
om
den
regel,
dat
men
bij
den
straatnaam
het
stadskwartier
vermeldt,
algemeen
toegepast
te
krijgen,
komt
B.
en
W.
dit
noodzakelijk
voor.
„De
kosten
van
het
vervaardigen
en
aan
-
brengen
van
deze
bordjes,
waarvan
ongeveer
12000
noodig
zullen
zijn,
worden
geschat
op
/18,000.”
Onze
grachten.
Architectura,
het
week
-
blad
van
het
genootschap
Architectura
et
Am
i
-
citia
gaf
een
geïllustreerd
nummer
uit,
ter
ge
-
legenheid
van
het
jubileum
van
Amsterdam.
H.
Th.
Wijdeveld
vraagt
wat
de
huidige
generatie
moet
aanvangen
met
de
schoonheid
der
oude
stad,
met
name
met
onze
grachten.
Hij
pleit
voor
eendruk
verkeer
te
water,
opdat
de
overbelaste
tram
aldus
uit
de
binnenstad
kan
verdwijnen.
Een
aantal
schetsteekeningen
van
onze
grachten
met
moderne
bebouwing
en
bruggen
zijn
bij
het
artikel
gevoegd.
Dr.
F.
H.
Fischer
wijst
op
de
ligging
van
de
stad,
nimmer
geweest
de
markt
van
zijn
ommelan
-
den.
Het
Over-IJsche
ontwikkelde
zich
tot
een
streek
met
eigen
kleine
stadjes,
met
het
friesche
huizentype,
waar
inde
stad
weinig
van
te
bespeuren
is;
het
amsterdamsche
huis
is
bepaaldelijk
een
stadshuis.
~Er
is
niets
van
over
van
het
min
of
meer
dorpsche
breeduit
der
kleinere
hollandsche
steden,
zelfs
van
Haar
-
lem”.
In
Amsterdammer,
weest
als
uw
stad!
herinnert
Jan
de
Meyer
aan
het
water
inde
stad
als
een
zeer
belangrijke
factor
der
stede
-
lijke
schoonheid;
trouwens
dr,
Fischer
meent
dat
de
amsterdamsche
atmosfeer
en
bebouwing
mede
belangrijke
factoren
zijn.
Het
symbolische
omslag
prijkt
met
de
namen
van
amsterdamsche
architecten:
Bilhamer,
De
Keyser,
Vingboons,
J.
van
Kampen,
Stalpert,
Dorsman,
Husley,
Vennecool,
De
Witte,
v.d.
Hart,
Staats,
Oudshoorn,
Cuypers,
De
Klerk,
De
Bazel,
Berlage.
J.
W.
E.
OUD
EN
NIEUW
UIT
AMSTERDAM’S
VERLEDEN
J.
W.
Wilms.
Indertijd
heb
ik
bij
het
eeuwfeest
van
het
Wien
Neerlandsch
Bloed
uitvoerig
in
Onze
Eeuw
beschreven
het
ont
-
staan
van
dit
volkslied,
te
danken
aan
het
initiatief
van
Maurits
Cornelis
van
Hall.
Het
was
het
gevolg
vaneen
prijsvraag
van
het
Instituut,
waarop
als
prijswinnaars
bekroond
werden
Tollens
als
dichter
en
Wilms
als
com
-
ponist
:
de
eerste
druk
verscheen
in
1817
bij
Den
Hengst
inde
Kalverstraat,
waar
thans
de
winkel
van
Speyer
is
;
gepopulariseerd
werd
het
lied
tijdens
den
belgische
opstand,
door
den
tenorzanger
De
Chavonnes
Vrugt.
In
ons
volkslied,
het
eenige
dat
de
staatkundige
eenheid
der
onderscheidene
gewesten
symboli
-
seert
en
krachtens
zijn
aard
en
structuur
van
den
hedendaagschen
tijd
is,
zijn
dus
allerlei
amsterdamsche
elementen
op
te
merken
;
het
volgende
citaat
is
daarom
hier
op
zijn
plaats.
Het
is
ontleend
aan
een
schrijven,
door
Isaac
Belinfante
te
’s-Gravenhage
gericht
aan
koning
Willem
11,
waarvan
de
minuut
berust
inde
Koninklijke
Bibliotheek
in
Den
Haag
en
ge
-
publiceerd
is
inde
N.
Rott.
Courant
van
11
September
Av.
B.
Met
zijn
broeder
Joseph
Justus
was
hij
stichter
van
het
nederlandsche
correspondentiebureau
;
zij
waren
medewerkers
aan
het
Handelsblad
,
onder
hethoofd-redacteur
-
schap
van
Vander
Biesen.
Isaac
Belinfante
is
het
geweest,
die
meer
speciaal
te
beschouwen
viel
als
de
lijf-journalist
van
den
Koning.
Bij
de
verleening
en
niet
verleening
78