Tekstweergave van GA-1925_JB022_00050

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Ovens maakte haast, want in Mei 1663 is hij naar zijn bakermat Holstein terug - gekeerd, omdat hij tot hofschilder van den Hertog was benoemd. Alle waar is naar zijn geld. Voor het uitwerken van de schets van Flink gaven de Burgemeesters, die anders toch tegenover de schilders niet karig waren, naar wij reeds weten, aan Ovens niet meer dan 48 gulden. 1 Lievens en Jordaens hebben aan hunne opdrachten voldaan. Met het werk van den beroemden Vlaming waren Burgemeesters blijkbaar hoogelijk ingenomen zoodat zij hem nog eerden dooreen gouden penning, gelijk uit officieele gegevens in het Gemeente-Archief blijkt. 2 . Daar wordt van Rembrandt met geen woord gerept. 1 Zie ook: Dr. H. Schmidt, Jürgen Ovens, 84 —88. 2 Resolutieboek van Thesaurieren Nr. 2. Den I3den January 1661, hebben de heeren thresorieren geseght, dat de heeren burge - meesteren overeengecomen waren met Jan Liewessen ende Jacques Jordaens, dat sij iedereen stuck schilderije sullen maken van Claudius Civilis inde ovalen op de galderije voor de somma van / 1200 ieder, sonder iets meer, tot een vereeringhe ofte uyt wat hoofde het sonde moghen syn, te pretenderen, (blz. 66) Den aSsten April 1662, hebben de heeren thresorieren den gouden penningh, geslagen over de vrede met Spagne, die in ’t vertrek van de thresorie gelegen heeft, aen heeren burgemeesteren gegeven, om deur den heer Andries de Graeff gesonden ende vereert te worden aen Jacques Jordaens te Antwerpen, (blz. 97 verso) Den i3den Juny 1662 betaelt aen Jacques Jordaens / 3000 voor drie schilderijen, by hem ten behoeve deser stede gemaeckt op ’t stadthuys inde nissen van de groote galerye, waervan twee stucken ieder voor ƒ 1200 ende het derde voor / 600 in prijs bedongen, (blz. 98 verso) Resolutién van regerende en oud-burgemeesteren. Den zysten November 1664, is goet gevonden, inde eerste vijf aenstaende jaren, te be - ginnen met het jaer 1665, geene schilderijen op eenige plaetsen van het gansche stadthuys aen te besteden, van te schilderen ofte geschildert te doen koopen, maar van alle die kosten voor den voorsegden tijt de stadt te excuseren, (blz. 152) Den i2den December 1664. De plaets inde gallerij van ’t stadhuys alreede gereedt gemaekt, om met een schilderij beset te worden, is goetgevonden te doen vullen met een schilderij van Jordaens tot accomplissement van de historie van Davidt en Goliat, alreede by hem begonnen, terwijl de voorsegde meester van die jaren is, dat nae expiratie van vijf jaren apparentelijck onbequaem sal sijn, iets meer inde kunst te kunnen doen, blijvende verder in volle vigeur de resolutie, op ’t selve subject genomen, (blz. 152) (Jacob Jordaens, geboren ig Mei 1593 te Antwerpen, was in het laatst van 1664 dus ruim 71 jaar. Hij is op 19 October 1678 overleden) 10