Tekstweergave van GA-1924_MB011_00083

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMÜM de aanzienlijke joodsche gemeente had ontwikkeld, die Amsterdam mede heeft helpen groot maken, genoot de Groote Synagoge dikwijls de eer van bezoeken van hooggeplaatste personen. Den 3 Juni 1768 bezochten haar prins Willem V en zijn gemalin, H. K. H. prinses Sophia Frederika Wilhelmina van Pruisen met groot gevolg; den 29 Juni 1768 de koning van Denemarken, reizende onder den naam van prins van Travendal die met zijn gevolg een gedeelte van de Vrijdagavond-gods - dienstoefening bijwoonde en op Vrijdagavond 2 September 1768 prins Hendrik van Pruisen, den 22 October 1799 (Vreugdefeest der Wet) de generaals Brune, Daendels en Du Monceau, den 10 Maart 1814 Hare Keizerlijke Hoogheid Mevrouwde groot - hertogin Catharina prinses douairière van Oldenburg, en nog versch ligt in het geheugen het koninklijk bezoek den i April 1.1. aan de Synagoge gebracht, dat bij hen die de grootsche plechtigheid hebben mogen aanschouwen een onuitwischbaren indruk heeft achtergelaten. De Groote Synagoge was ook het terrein waar zich vele gebeurtenissen binnen de gemeente ook op staatkundig gebied, afspeelden. In mijn schets Uit woelige dagen bijgevoegd bij het gedrukte exemplaar van de Orde van de plechtige ontvangst van H. M. de Koningin op 1 April 1.1., zijn gebeurtenissen uit de jaren 1798 —1814 voorzoover binnen de Synagoge voorgevallen, geschetst. De verzamelingen van de kostbaarheden der Hoofdsynagoge zijn van jongeren datum dan de Groote Synagoge. Vanuit de eerste eeuw van de vestiging van de hoog - duitsche Joden zijn slechts weinig voorwerpen voorhanden, met name mag ik hier. noemen, het verluchte perkamenten feestgebeden-handschrift, dat door den drukker Phoebus Levie in 1669 aan de gemeente moest worden afgestaan. Het ontstaan dier verzameling moet op een later tijdstip gesteld worden en wel ongeveer de helft van de achttiende eeuw, toen de welvaart der gemeenteleden sterk was toegenomen, waarvan nog een zichtbaar getuigenis is dein 1752 in gebruik genomen Nieuwe Synagoge. De Hoofdsynagoge bezit twee collectiën, die ieder apart zijn onder - gebracht; de eene bevat kerksieraden als Thorakronen, siertorens, handwijzers, kannen en schotels voor de handenwasschingen van de priesters (afstammelingen van den hoogepriester Aaron) wanneer deze op de Feestdagen den priesterzegen, Numeri VI. 24 —26 over de gemeente gaan uitspreken; de tweede voorhangsels, Thoramantels en dekkleeden. Deze tweede collectie is een unicum; qua verzameling vindt zij haar weerga niet. Beide verzamelingen hebben inde laatste tijden vele bewonderaars tot zich getrokken. Ik mag mij vleien, dat ook de deelnemers aan het bezoek op 22 December e.k. er aangename oogenblikken zullen doorbrengen. Dr. D. M. Sluys, Secretaris der Ned. Israël. Hoofdsynagoge. LANGS DEN WEG Verzameling Hartkamp. Op den avond van Donderdag 13 November waren de leden van ons genootschap door het bestuur uit - genoodigd tot een samenkomst in Odeon. Daar had de firma G. Theod. Bom uitgestald de uit - gebreide collectie amsterdamsche prenten van de verzameling Hartkamp, die eenige dagen later zou worden geveild. Van de gelegenheid om een groote verzameling amsterdamsche prenten te zien, was zeer ruim gebruik gemaakt. Vele leden toonden hun groote belangstelling in deze importante particuliere collectie, zoo - als er wellicht in Amsterdam wel nooit weer een zal worden tot stand gebracht. Het was natuurlijk niet mogelijk de geheele verzame- ling Hartkamp, duizenden in getal, te zien. De heer Bom had daarom een keuze gedaan van het voornaamste en aantrekkelijkste. Voor - namelijk teekeningen en gekleurde prenten, daarnaast ook andere in eenig opzicht merk - waardige afbeeldingen van oud en nieuw Amsterdam deden de ronde. Bijzonder rijk was de schat van teekeningen en prenten uit de negentiende eeuw, die circuleerde onder onze leden. Niet alle waren artistiek even aan - trekkelijk, maar vele waren topographisch van zeer veel belang en ook technisch waren er belangrijke stukken. Men kwam telkens weer onder den indruk, welk een knap en gelukkig verzamelaar Hartkamp toch is geweest. En ook deze indruk kwam bij de aanwezigen van zelf op : wat is Amsterdam toch tallooze malen 75