Tekstweergave van GA-1924_MB011_00028
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
verachtelijkere
mets
lagers
kan
worden
uitgedacht,
dan
dat
zijne
medeburgers
hem
aanschouwen
als
eenen
getabberden
roofvogel,
bij
wien
zij
zich
niet
dan
met
zekeren
angst
en
schrik
vervoegen,
vreezende
dat
hij,
door
gouddorst
weggesleept
geene
onrechtvaardigheden
onbeproefd
late:
en
daJ
daarentegen
niets
bazSnwel’k'ÏTd
medeburg
f
s
zl
J
ne
gematigdheid
alomme
met
lof
uit
-
bazuinen,
welk
goed
gerucht
en
hoogachting
weldra
het
gevolg
hebben
zal
dat
ziin
“
S
tó
h
»
ra
h"
“
j
V
“
t
f
heel
'
S,ad
"
Na
w^d.„
B
tó“gd.
de
rSLair
den
toehoorders
zijn
dank,
en
eindigde
hij
met
een
gebed.
eeJmaüwn!
Z
D
°
6len
?
P
Singel
(thans
de
Universiteitsbibliotheek)
een
maaltijd
aangericht
waaraan
de
leden
der
rechterlijke
macht,
de
advocaten
en
enkele
andere
genoodigden
deelnamen.
Voor
den
jubilaris
prijkte
op
den
disch
de
Tempel
der
Gerechtigheid.
„Deze
maaltijd,
zoo
schreef
Vander
Linden
zelf,
was
g
ootsch
en
prachtig,
het
zij
men
de
sierlijke
inrigting
der
eetkamer
en
-tafel
het
zij
de
verscheidenheid
der
spijze
naar
mate
van
het
winter-saisoen,
het
zij
de
lekkere
en
uit
-
mtS
bel
dm
/’
beS
"
e
’’
Na
het
™de
van
het
eerste
gedeelte
van
den
vertrek
WeR
n
?
f
n
°°
dlgdcn
ZlCh
eenige
«ogenblikken
ineen
aangrenzend
zelf
ons
wrtïTen
11
“
J
J
teru
S
keer
aan
d
«
tafel
kregen,
moge
de
jubilaris
„Toen
men
inde
eetkamer
terug
kwam,
vcrwagte
ieder
een
na-gerecht
te
aan
-
schouwen
het
welk
van
het
geen
daar
toe
behoort
op
de
beste
wijze
was
voorzien
•
maar
niets
van
dat
alles
Geene
lekkernijen,
geene
vruchten
geene
gebakken,
geene
tot
f
w
n
eltoonde
"
Zlch
/oor
het
oog.
maarde
geheele
tafel,
van
het
bovenste
ia,
°
nderSte
gG
,
deePe
lag
vol
met
eene
g
roote
Partij
boeken
;
boeken
in
vorige
jaren
door
mij
m
druk
uitgegeven.
Deze
boeken
nu
waren
zoodanig
ingerigt
dat
die
e
n
e
dê
lJ
L
d
de
Üt
h
S
tT
Ch
V(
T
to
f
onden
'
terwl
J
l
het
ov
cnge
gedeelte
van
Lef
boek
diende
om
de
schotels
van
het
nagerecht
te
overdekken.
Door
dit
fraaij
kunstwerk
b6t
°°
g
misle
*
d
1
waarom
de
Franschen
aan
zulk
een
kunstwerk
niet
oneigen
-
rTchtte
r°P
ZlJn
i?
n
aam
™
n
,
surpriSe
te
geven
”-
Nadat
het
*i
s
was
rondgediend,
richtte
rar.
Provo
Kluit
„m
de
latijnsche
tale”
een
„heil-
en
gelukwensch
bij
den
poculum
doctrmale
tot
den
jubilaris.
Onmiddellijk
daarna
sprak
Van
Hall
een
„feest
-
zang
uit,
waarvan
het
laatste
couplet
luidde
:
Wij
allen
brengen,
blij
te
moe,
Aartspriester
!
u
den
feestkelk
toe,
Gevuld
uit
reine
schalen
;
Traag
rijze
een
vrucht’bre
levenszon,
Steeds
schittrend
opwaarts,
tot
haar’’
bron,
Om
daar
meer
schoon
te
pralen
!
st,ÏTL
Werd
?
e
m'
empel
dCT
Gerechtighe
id,
die
schijnbaar
op
een
marmeren
voet
-
?uSt
Meriin
d
6
’
en
£
U
?
rt
°
onden
zich
de
werken
va
"
den
beroemden
franschen
jurist
Merhn
die
door
Kluit,
alweer
met
een
gedicht,
aan
Vander
Linden
werden
aangeboden
Nadat
de
jubilaris
bedankt
had,
moest
ieder
der
gasten
het
voor
hem
iggend
boek
openslaan,
en
den
titel
overluid
oplezen
:
„welk
geheel
onverwacht
en
voor
den
heer
Vander
Linden
zoo
vleijend
als
vereerend
bedrijf,
zijne
aandoening
met
weinig
vermeerderde,
en
de
opgeruimde
feestgenooten
tot
verhoogde
vreugde
opwekte
.
t
Was
inderdaad
een
aardig
bedachte
attentie.
j
'
r
•
\
ndera
™-
gaf
daarna
in
dichtmaat
een
overzicht
van
al
deze
werken
van
Van
der
Linden.
Nog
vele
toasten
volgden,
tot
dat
tegen
elf
ure
de
ruim
tachtig
aanzittenden
huiswaarts
togen.
ë
HWHn
Merh
n
Vemam
;
dat
men
zi
J
ne
werken
als
geschenk
had
uitgekozen,
betuigde
hij
zijne
waardeenng,
door
er
een
paar
nog
ontbrekende
deelen
bij
te
voegen.
Bildere
20