Tekstweergave van GA-1923_MB010_00044
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
den
naam
van
den
regeerenden
Oranjevorst.
~B.
en
W.
hebben,
in
hun
besluit
van
22
Augustus
1857
het
verzoek
ingewilligd,
zoo
-
als
blijkt
uit
hun
publicatie
inde
Amsterdam
-
sche
Courant
van
dien
dag.
~Maar
daarmede
was
de
zaak
niet
afgeloo
-
pen.
Van
de
naamsverandering
is
een
soort
feestelijke
doopplechtigheid
gemaakt,
waar
-
van
de
bijzonderheden
inde
amsterdamsche
bladen
met
een
voor
dien
tijd
ongewone
uit
-
voerigheid
beschreven
zijn.
~Als
dag
voor
het
feest
werd
uitgekozen
de
24ste
Augustus,
de
verjaardag
van
den
eer
-
sten
Oranje-koning,
die
altijd
door
de
natie
met
groote
warmte
gevierd
was,
waarvan
de
heugenis,
inde
eerste
regeeringsjaren
van
Willem
den
Derde,
nog
niet
was
uitgewischt.”
De
amsterdamsche
bladen,
waaruit
het
Nieuws
een
en
ander
mededeelt,
gaven
uit
-
voerige
verslagen
dier
feestelijkheden.
De
Slijpsteenen.
De
amsterdamsche
correspondent
van
de
N.
Rotterdamsche
Courant
schrijft
in
het
nummer
van
17
April
Ochtend
-
blad:
Er
is
sprake
van
geweest
dat
de
schilderij
van
J.
Beerstraaten,
voorstellend
de
Slijp
-
steenen,
in
het
midden
der
zeventiende
eeuw,
waaromtrent
wij
inde
nummers
dezer
courant
van
13
Februari
en
13
Maart
berichtten
zie
het
vorig
nummer
van
dit
maandblad
door
de
stad
zou
worden
aangekocht.
De
deskun
-
dige
adviezen
omtrent
de
historische
waarde
luidden
gunstig.
Intusschen
is
er
ten
slotte
van
dit
plan
toch
niets
gekomen.
Er
staat,
voor
het
eerst
weer
sinds
jaren,
een
post
van
/
5000
op
de
Gemeente-begrooting
voor
den
aankoop
van
schilderijen
ten
behoeve
van
het
Stedelijk
Museum.
Die
post
is
dus
rechtstreeks
bestemd
voor
moderne
kunst,
en
men
meende
er
daarom
geen
gebruik
van
te
mogen
maken
om
de
schilderij
van
Beerstraaten
in
het
bezit
der
stad
te
stellen.
Trouwens,
haar
plaats
was
ook
niet
in
het
Stedelijk
Museum.
Zij
behoorde
thuis
ineen
amsterdamsch
His
-
torisch
Museum.
En
dat
hebben
wij
nog
niet!
Gelden
buiten
de
begroeting
beschikbaar
te
stellen
durfde
of
wilde
men
niet.
En
dus
zal
de
schilderij
nu
wel
in
particulier
bezit
buiten
Amsterdam
overgaan.
Wat
jammer
is!
Het
tegenwoordige
Stadhuis.
In
Buiten
van
31
Maart
vertelt
de
redacteur
mr.
A.
Doosjes
één
en
ander
over
het
voor
-
malige
Prinsen-
of
Admiraliteitshof
aan
den
Oude
Zijds
Voorburgwal,
dat
thans
vormt
de
kern
der
behuizingen
die
tegenwoordig
dienst
doen
als
stadhuis
en
het
eenige
dier
gebou
-
wen
is
dat
der
bezichtiging,
waard
is.
~De
ingang
met
het
uitgebouwde
glazen
kastje
doet
aan
een
entreé
de
Vhotel
denken.
Maar
als
men
dan
inde
gewelfde
voorhal
is
gekomen,
die
laag
is
en
eenvoudig,
maar
toch
niet
zonder
deftigheid,
is
men
een
oogenblik
ge
-
neigd
te
denken
:
wat
klein,
wat
nederig
voor
de
Hoofdstad,
maar
het
valt
toch
nog
mee.
Ter
rechterzijde
voert
een
zoo
waar
marmeren
trap
naar
boven
;
monumentaal
is
hij
niet,
maar
het
gaat
toch,
werkelijk,
het
kan
er
mee
door.
Maar
als
men
dan
boven
is
gekomen,
staat
men
ineen
gelig
geschilderd
hok,
de
wachtkamer
voor
het
publiek,
waar
een
wapen
-
bord
aan
den
wand
het
eenige
versiersel
vormt.
Snel
verder
!
We
bevinden
ons
dan
inde
voorzaal
of
vestibule
van
de
vergader
-
zaal
der
Admiraliteits-raden,
waartoe
een
deftige
portiek
toegang
verleent.
Deze
wordt
bekroond
door
de
stroomgoden
van
Amstel
en
IJ,
en
tusschen
beide
is,
tegen
een
donkeren
en
relief
bewerkten
achtergrond
met
den
hollandschen
tuin,
door
vlaggen
geflankeerd,
de
hollandsche
leeuw
op
een
veld
van
keel
aangebracht.
Ter
weerszijden
van
deze
portiek
hangen
merkwaardige
oude
schilderijen,
een
primitieve
voorstelling
van
boogschutters
en
een
braspennings-maaltijd
door
Cornelis
An
-
toniszoon
(1533).
Op
den
rand
der
hooge,
sobere
betimmering
van
deze
vestibule
staan
afgietsels
van
bronzen
beeldjes
van
eenige
graven
en
gravinnen
van
Holland
;
de
origi
-
neelen,
die
prijkten
inde
kamer
van
Thesau
-
rieren
Ordinaris
in
het
échte
Stadhuis
thans
~tijdelijk”
kamer
van
H.M.
de
Koningin
en
nog
vroeger,
boven
de
traliën
van
de
vier
-
schaar
in
het
oude
Stadhuis,
bevinden
zich
tegenwoordig
in
het
Rijksmuseum.
Doorgaan
-
de
komen
we
ineen
derde
weder
zeer
eenvoudig
vertrek
aan
de
zuidzijde
van
dezen
vleugel;
het
is
de
wachtkamer
voor
hen,
die
den
Burge
-
meester
wenschen
te
spreken,
en
dient
tevens
men
moet
zich
weten
te
behelpen,
nietwaar
?
den
raadsleden
tot
theekamer”.
Mr.
Doosjes
wijst
verder
op
de
schilderij
in
dit
vertrek,
voorstellende
Maria
de
Medicis
door
Gerard
van
Honthorst,
afkomstig
van
eender
schouwen
inde
secretarie
in
het
Paleis
op
den
Dam,
in
1808
geheel
verbouwd,
de
buste
van
burgemeester
Nic.
Tulp,
de
wapenborden
o.a.
op
dat
met
de
wapenschilden
van
Burgemeesteren
en
Wethouders,
tot
op
den
huldigen
dag
bij
gehouden,
en
op
een
spiegel
met
eikenhouten
lijst,
gebeeldhouwd
door
Quellijn
met
voorstelling
van
de
vier
elementen.
Zoo
gaat
hij
door
met
de
aandacht
te
vestigen
op
van
allerlei
goeds,
dat
in
dit
Stadhuis-deel
te
zien
is
:
schilderijen
van
801,
Saenredam,
Beerstraeten,
Lingelbach,
Vander
Helst,
Adriaan
en
Jacob
Backer
en
Aert
Pieterszoon,
Allerlei
schendingen
heeft
de
gevel
onder
-
gaan.
~Het
gebouw
dagteekent
van
1661
en
zijn
gevel
is
ontworpen
door
Daniël
Stalpaert.
De
vensters
der
eerste
verdieping,
inde
vorige
eeuw
van
groote
spiegelruiten
voorzien,
vor
-
men
thans
groote
gaten
inden
gevel,
die
hierdoor
zijn
vroegere
geslotenheid
geheel
mist;
de
aardige
levendige
luikjes
zijn
ver
-
dwenen.
En
waarom
konden
de
schoorsteenen
op
de
hoeken,
met
hun
sierlijke
bekroning
36