Tekstweergave van GA-1922_MB009_00050

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM voor een vragenbus, waarin gelegenheid gegeven moest worden aan ieder, die iets wenschte te weten te komen over amsterdamsche onderwerpen en waarvan de gegevens bezwaarlijk of moeielijk te verkrijgen zouden zijn. En eindelijk meende het Bestuur, dat telkens ineen hoofdartikel historisch toe - gelicht zou moeten worden een of ander actueel onderwerp, geschreven in gemakkelijk leesbaren vorm. De ervaring had toch wel duidelijk gemaakt, dat elk gebeuren een voorgeschiedenis heeft en dat veel voorvallen, die als nieuw schijnen, in vorige tijden onder gelijksoortige omstandigheden hun parallel inde geschiedenis gehad hadden. Ter verduidelijking worden hier enkele dier hoofdartikels uit de beide eerste jaargangen geciteerd : het Monument o-b den Dam, door prof. dr. H. Brugmans (Jan. 1914) ; Amsterdam bedreigd en beveiligd, door dr. Joh. C. Breen (Sept. 1914) ; Broodzetting, door dr. Joh. C. Breen (Jan. 1915) en de Verbinding mei den overkant, door prof. dr. H. Brugmans (Dec. 1915). Met goeden moed begon het Bestuur, zooals gezegd met 1 Januari 1914 de nieuwe onderneming, waarvan de zorgwas opgedragen aan een bijzondere, daartoe ge - constitueerde redactie. Leden daarvan hebben uitgemaakt de heeren H. A. J. Baanders, dr. Joh. C. Breen, prof. dr. H. Brugmans, J. D. C. van Dokkum, J. W. Enschedé, D. Kouwenaar en J. F. L, de Balbian Verster, wier taak voorzeker moeielijker ge - weest zou zijn dan gebleken is, hadden zij niet ruimschoots voortdurend steun en medewerking gevonden buiten haar kring. Sinds Januari 1919 is de redactie toever - trouwd geweest aan schrijver dezes alleen. Heeft het maandblad aan zijn doel beantwoord ? Begonnen met een oplaag van 900 exemplaren, is deze gaandeweg verhoogd moeten worden tot 1350 exemplaren, en zoozeer gevoelt het Bestuur dat in het maandblad gevonden is de band, die de leden van Arastelodamum onderling en aan het Bestuur bindt, dat, hoewel het om den nood der tijden, besloten heeft verleden jaar de nummers van Juli en Augustus niet te moeten doen verschijnen, het niettemin gemeend heeft de uitgave ervan geregeld te moeten voortzetten, wat over 1921 tot een uitgaaf van ruim / 2500 dwong. Die cijfers spreken voor zich zelf ; ons maandblad heeft zijn plaats ver - overd ; regelmatig neemt de dagbladpers nota van zijn verschijning ; in vele wacht - kamers onzer geneeskundigen kan men het vinden ; vaak ziet men in het begin van iedere maand de juist verzonden aflevering in handen van tram-passagiers, ook feiten, die voor zichzelf spreken. En waarom neemt men gaarne kennis van zijn inhoud ? Omdat het principe der leiding voldoet aan dat, wat men, zij het latent, gevoelt noodig te hebben; het maandblad wil het hedendaagsch Amsterdam in zijn ideëele beteekenis in zijn onderscheidene geledingen beschrijven ; het wil de leden als doordringen van de onvergelijkelijke schoonheid der oude stad, van zijn plaats, die de hoofdstad van Nederland bekleedt in het wereldgestel, kortom het wil aan - toonen, dat Amsterdam is Amsterdam en het wil naar vermogen het zijne er toe bijdragen niet alleen dat het dat is, maar dat het zulks ook blijve tot in lengte van dagen. Honderd nummers zijn thans verspreid. Het Bestuur van ons Genootschap vleit zich er mede, dat, dank zij aller krachtdadige medewerking, het maandblad zich zal blijven verheugen inde onmiskenbare geliefdheid, die het heeft. J. W. Enschedé. LANGS DEN WEG Bezoek aan de Oude kerk. Negen Mei j.l. had het bezoek aan de Oudekerk plaats, dat dank zij de welwillende medewer - king der kerkelijke autoriteiten het bestuur van ons Genootschap aan zijn leden kon aan - bieden. Een ruim gebruik is daarvan ge - maakt, wel een bewijs, dat op prijs gesteld werd de gelegenheid om Amsterdam's oudste gebouw in bijzonderheden te bezichtigen onder de beproefde en deskundige leiding en voor- 42