Tekstweergave van GA-1922_MB009_00046

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM De lleymi! vcrecniging besloot in Maart 1872 het weekblad ineen dagblad om te zetten ; ze benoemde tot hoofdredacteur dr. A. Kuyper; tot administrateur den heer J. H. Kruyt.... Tot zoover de voorgeschiedenis, gelijk de heer Verweijck die verhaalt. Eerst in latere, eigenlijk de laatste jaren, is het blad. modern - geoutilleerd. Vooral nu wijlen de directeur, de heer J. W, Reese, heeft daartoe veel bij - gedragen. Het is nu gevestigd ineen fraai, eigen gebouw aan den N. Z, Voorburgwal —■ de krantenwijk van Amsterdam en bezit eene eigen drukkerij. Achtereenvol - gens was het gevestigd; Nieuwendiik L69 ; Warmoesstraat 106 (eerst voor-, toen achter - zijde) ; Nieuwe Zijds Voorburgwal 42, War - moesstraat 96, en nu Nieuwe Zijds Voorburg - wal 58 —60. —Vóór dien ontleende de Standaard ziine beteekenis vooral men mag haast wel schrijven ; uitsluitend aan de hoofd - artikelen van dr. A. Kuyper, den veel om - vattenden raensch, die, buiten alle andere faculteiten van het menschelijk denken welke hij beheerschte hij was ; partij-leider, staatsman, geleerde en redenaar ook een uitnemend journalist was. Grootmeester der nederlandsché Journalistiek is hij terecht genoemd. Dr. Kuyper woonde in die dagen in het bekende huis aan de Prins Hendrik - kade, den Buitenkant (later bewoond door prof. Van Embden) en leidde vandaar uit zijn blad. Met de cuisine van de krant bemoeide hij zich echter nimmer. Die liet hij over aan zijne trouwe medewerkers. Ook toen hij in 1901 minister werd, bleef hij medewerker aan, mede-leider van het blad dat zijn eigen - dom was. En na zijn aftreden als zoodanig nam hij het hoofdredacteurschap weer op zich; Na zijn dood is de Standaard geredigeerd door eene commissie van redactie, bestaande uit de heeren : prof. mr. A, Aneraa, H. Colijn, A. W. F. Idenburg, J. Schouten, mr. J. A. de Wilde en A. Zijlstra, en op 1 April 1.1. heeft de nipuwe partij-leider, de heer H. Colijn. de hoofdredactie op zich genomen. Toen het blad vijf en twintig jaar bestond is dit feit herdacht in eene groote vergadering in het Paleis voor Volksvlijt; vijftien jaar later, April 1912, werd het veertig-j arig bestaan gevierd in het Gebouw' voor Kunsten en Wetenschappen te Utrecht; en thans, ter gelegenheid van het gouden feest, is te Amsterdam, in Parkzicht, eene receptie gehouden, welke gevolgd werd dooreen feestmaal. Op die receptie heeft de Burgemeester van Amsterdam, de heer W. de Vlugt, die president - commissaris van de Standaard is, meegedeeld dat de beide oudste redacteuren door H. M. de ■Koningin benoemd zijn tot Ridder inde Oran j e-Nassau - orde. D. K. Holberg in Amsterdam. Uit Kristiania wordt aan de Nieuwe Rottevdamsche Courant (16 Jan. 1922 Av.C.) gemeld, dat in Holbergs iongste jaarboek van 1921 is opgenomen een studie van dr. lande Vries uit Arnhem over Holberg in Holland. „Hollandsche families bewezen Linnaeus, in tegenstelling met wat Holberg ondervond, grocte gastvrijheid, o.a. de Cliffords, op wier landgoed Hartecamp hij als den zoon des huizes vertoefde, en daar als een prins mocht leven, waar zijn voedsel bestond uit de lekkerste spijzen en wijnen, waar hij vertrouwd werd met de lucullische gewoonten der achttiende-eeuw - sche hollandsche patriciërs en zich hanen - kammenpasteien wel liet smaken. De koks en het overige dienstpersoneel stonden tot zijn beschikking, wanneer hij degenen, die hem bezochten, feestelijk wilde onthalen. In Amsterdam reed hij met een span met twee paarden door de straten, en inden zomer van 173S deed hij voor rekening der Cliffords een uitstapje naar Engeland. Heimwee dreef intusschen Linnaeus in 1738 weer naar Zweden; maar zijn gezondheid had bovendien ook door het klimaat en zijn ingespannen arbeid geleden en trots alle lokmiddelen en overreding konden zijn vrienden hem niet langer in Holland houden. „Had Linnaeus dus alle redenen met zijn verblijf in Holland tevreden te zijn. zoo brachten, gelijk reeds werd opgemerkt, ver - schillende omstandigheden mede, dat Holberg geheel tegenovergestelde ervaringen zou op - doen. Amsterdam in dien tijd, zegt De Vries, was geen stad voor een jong avonturier, die daar niet voor zaken kwam, maar uitsluitend voor zijn wetenschap. De amsterdamsche kooplieden zagen op den armen student, die met zestig daalders op zak uit Bergen in Holland kwam, uit de hoogte neer; de ont - vangst bij de geleerden was al evenmin hartelijk, en evenals ik reeds opmerkte, dat Linnaeus van het hollandsche Klimaat last had, zoo leed ook Holberg er door: hij kreeg last van koorts, die op zijn energie schadelijk werkte. Evenals Bilderdijk bitter, hartstoch - telijk en onrechtvaardig werd onder zijn ge - dwongen ballingschap in Duitschland, dat hij haatte, zoo werd Holberg prikkelbaar, over - critisch en grillig door de ondervindingen, die hij in Holland op moest doen, zegt De Vries, en hij voegt er aan toe: In beider leven zien wij dezelfde tegenstelling tusschen geestelijke kracht en lichamelijke gebrekkig - heid, tusschen overtuiging van eigen geniali - teit en teleurstelling over de onverschilligheid der samenleving." J. W. E. E. J. de Groot. In zijn jongsten Brief uit Nederland, opgenomen in Graphica, het orgaan der Belgische federatie van werkgevers - bonden uit de boekbedrijven vertelt Corns. Immig Jr. een en ander over den heer De 38