Tekstweergave van GA-1921_MB008_00029

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM vroegere orgel in het Paleis voor Volksvlijt . Thans berust het nauwkeurig gerestaureerd in het muziek-instrnmenten-museum van het conservatorium te Brussel. Aan de uitvoerige beschrijving inden museum-catalogus zij nog ontleend, dat de afmetingen zijn : hoogte M 2,70, breedte M 1,42 en diepte M 0,57 en dat de hoofdthema’s op de, cylinders gestoken o.a. zijnde Alexander-marsch van Moscheles, vier composities van Spohr en twee van Mozart. Voor de eigenlijke muziekkunst in het algemeen, evenmin voor onze nationale, is het componium van luttel waarde geweest. Als mechanisme vaneen uit - nemende vindingiijkheid heeft het echter nog altijd een eigen beteekenis, waarin het sedert zijn constructie niet geëvenaard is Een half jaar na Winkel’s overlijden schreef de Mentor, weekblad voor Neder - lands zonen en dochteren uit den beschaafden stand in zijn nummer van 30 Maart 1827: „Den 28 September 1826 overleed te Amsterdam de heer Winkel, die door zijne zeldzame bekwaamheid inde werktuigkunde, zich een billijke achting verwierf bij allen, die zijne verdiensten leerden kennen. Inzonderheid muntte hij uit in dat gedeelte der wetenschap, hetwelk op de muzijk wordt toegepast. Zijn componium of zoogenaamde muzikale improvisator, droeg de goedkeuring weg der kenners in dat vak; vooral in Parys, alwaar het misschien meer nog dan inde Nederlanden bekend is. Zijn metronomium of taktmeter, wordt even - wel ten onregte aan eenen Maelzel toegekend, die dit werktuig slechts verbeterd, niet uitgevonden heeft. Zijne nederigheid was oorzaak dat anderen zich die uitvindingen hebben toegeëigend, waarop alleen de heer Winkel aanspraak had. Behalve deze beide muzikale werktuigen, heeft men nog anderen van hem, die zijne bekwaamheid eer aan doen”. J. W. Enschede LANGS DEN WEG Brug en Sluis Het op pag. 15 van A mstelodamum vermelde verschil tusschen brug en sluis bevatte voor mij niets nieuws. Het zelfde verschil is ook mij als jongen in - geprent. Ik woonde echter als jongen eens een gesprek bij over die benamingen. Een toen reeds op leeftijd gekomen bouwkundige verklaarde en dat bleef me steeds bij dat de benaming sluis niet mocht toegepast op elke brug met steenen dek, maar alleen op de achttiende-eeuwsche boogbruggen zooals thans b.v. Heerengmcht bij deLeidschegracht sluis zou zijn, niet Keizersgracht bij de Leid - schegracht. Ik voor mij heb dit onthouden, zonder het ooit te hebben begrepen. Misschien kan een kenner van Amsterdam er meer van maken. F. W. Grosheide. Postkantoor, woonruimte, verkeer en doorbraken. - Bij rekwest aan den Minister van Waterstaat, Handel en Nijverheid, 24 November 11. verzonden hebben de besturen der buurtvereenigingen Spaarndammerkwartier, Buiksloterham over het IJ, Nieuwendammer - ham, Wittenburg, Oosterpark, Ons Belang en Westerkwartier verzocht geen gevolg te geven aan h r et voornemen tot het bouwen vaneen tweede hoofdpostkantoor naast en ten behoeve van het bestaande hoofdpost- en telegraaf - kantoor in het centrum der oude stad; zij bepleitten de wenschelijkheid inde plaats daarvan hoofdpost- en telegraafkantoren op te richten inde buitenwijken, onder meer in de stadsgedeelten Noord, OcSt, Zuid en West. Van dit rekwest werd door hen 12 januari rnededeeling gedaan aan het gemeente bestuur. In het begeleidend schrijven vestigen zij er de aandacht op, dat het niet juist gezien is, dat de buitenwijken, naar zij meenen, veelal achterstaan bij de oude stad en het systeem van de zoogenaamde City-vorming een geheel verkeerde uitwerking heeft. „Van de opzette - lijke vervorming der oude stad, schrijven zij, een stad, welke de eeuwen door aan de be - hoeften van den handel voldeed, ziet men steeds meerde nadeelige gevolgen”. De buvwl - vereenigingen „betreuren het o.m. dat reeds veel woon- en bedrijfsgelegenheid ter plaatse waar het tweede postkantoor zal verrijzen, noodeloos aan het nuttig verkeer onttrokken is en zien, dat de oude handelsstad op deze wijze steeds meer en meer ontvolkt wordt, terwijl het verkeer door het noodwendig komen en gaan van het publiek hoe langer hoe meer belemmerd wordt, met als gevolg de millioenen verslindende doorbraken die men wil maken’ . J. W. E. OUD EN NIEUW UIT AMSTERDAM’S VERLEDEN Geschiedenis der amsterdamsche nijver - heid. Op verzoek van de redactie van het tijdschrift Nedertandsch Fabrikaat zal dr. Joh. 21