Tekstweergave van GA-1921_JB019_00133

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Regenten antwoordden hierop dat de correctioneel gegijzelden en municipale gevangenen terstond kunnen worden verplaatst (deze gaan dan ook op 15 Februari over), doch dat voor de civiel gegijzelden de medewerking van crediteuren wordt vereischt; dat echter de burgerlijke gevangen, w.o. zij verstaan de wegens wangedrag ingeslotenen, de requestgasten dus, h.i. niet overgeplaatst kunnen worden zonder tusschenkomst des rechters, daar bij vonnis hun het Werkhuis is aangewezen. De laatstgenoemden zouden dan ook voorloopig nog in het gesticht blijven. 1 Ten aanzien der bedelaars bleek de bedoeling te zijn, dat zij voortaan terstond vanuit het Huis van Bewaring naar de Ommerschans worden gezonden, zoodat dit gesticht niet langer meer als depót dienst deed. De medewerking van crediteuren ten opzichte der „civielen” werd niet verkregen, en ook het hier vertoevend viertal van dezen, bleek weigerachtig goedschiks over te gaan, zoodat deurwaardershulp noodig was 2 en hunne overbrenging eerst op 1 Aprilplaats vond. De cipier en zijn knecht werden nu van hunne betrekking ontheven, terwijl het verlaten lokaal der gijzeling, tot vertrek voor invaliden zou worden inges richt. Intusschen verzochten Burgemeester en Wethouders dit lokaal nog geen bestemming te geven en het ter hunner beschikking te laten. 3 Nadat regenten betoogd hadden, ook op aansporing der doctoren, dit locaal dringend noodig te hebben, daar de invalide mannen zeer onvoldoende ges huisvest waren, kwam de toestemming van Burgemeester en Wethouders bij schrijven van 30 April, uit welk blijkt, dat zij voornemens waren geweest het locaal te bestemmen tot opname van herstelde krankzinnigen uit het gesticht „Meerenberg” die, hier armlastig zijnde, geen ander onderkomen zouden kunnen vinden. Zij meenen dat dezulken uit den aard van hun gestel een afzonderlijke verzorging behoeven, doch daar hun getal niet groot zal zijn, zullen regenten in die gevallen wel een ander lokaal te hunnen behoeve willen aanwijzen. i 1 Hun getal zou zelfs nog stijgen; waren er op 1 Jan. ’53 slechts 5, eenjaar later blijkt het getal der requestgasten 10 te zijn. 1 November ’54 wordt echter bepaald dezen niet meer kosteloos op te nemen. 2 Notulen 26 Maart 1853. 3 Notulen 20 April 1853. 4 Deze overplaatsing uit krankzinnigengestichten komt ook thans nog vrij vaak voor, hoewel zij dan onder de gewone verpleegden, naar hunne gesteldheid bij de validen, invaliden of zwakken worden opgenomen. 85