Tekstweergave van GA-1920_MB007_00020
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
De
verslagen
der
commissie
verschenen
vanaf
1
Juli
1915
tot
en
met
December
1918,
dus
over
drie
en
een
half
jaar.
vermelden
dit
percentage
niet,
wel
dat
het
aantal
ontwerpen
in
totaal
57
zittingen
bedroeg
396
of
zeven
ontwerpen
per
zitting.
Uit
dit
gegeven
blijkt
duidelijk
dat,
al
ware
het
ontwerpen
door
eene
commissie
niet
volslagen
onmogelijk,
toch
ook
tijdsgebrek
de
commissie
zou
verhinderen
het
ingekomen
werk
door
correctieve
ont
-
werpen
te
verbeteren”.
J.
W.
E.
Overtoomsche
tuinen.
—■
Het
zal
voor
velen
stellig
een
verrassing
zijn
uiteen
artikel
van
Corn.
J.
Gimpel'in
Buiten
van
20
Dec.
j
,1.
te
vernemen,
dat
aan
den
Overtoom
nog
tal
van
mooie
en
uitgestrekte
tuinen
te
vinden
zijn.
Hij
besnreekt
er
twee.
De
eerste
is
die
achter
het
perceel
nr.
14T
bewoond
door
dr.
C.
P.
Burger
|r.
den
bib'iothecaris
van
den
Univer
-
siteits-Bibliotheek.
Het
is
het
\
roegere
Sollen
-
burg,
welbekend
door
den
buskruitmolen,
die
hier
ter
plaatse
stond
en
14
Augustus
1758
inde
lucht
vloog;
drie
arbeiders
verloren
er
het
leven
bij.
De
ontploffing
had
ten
gevolge,
dat
voortaan
een
zoo
gevaarlijk
bedrijf
als
het
fabriceeren
van
buskruit
uit
de
naaste
omge
-
ving
der
stad
geweerd
werd.
Vaneen
der
ge
-
deeltelijk
gespaarde
kruithuisjes
meent
dr.
Burger
nog
een
overblijfsel
te
kunnen
aan
-
wijzen,
De
anderen
tuin,
waarvan
de
ingang
thans
gemerkt
is
201,
was
vroeger
eveneens
een
kruit
-
makerij.
De
plaats
heette
oudtijds
de
Kievit,
later,
in
1814
was
er
een
glanzerij,
het
laatste
bedrijf
inde
eenmaal
hier
bloeiende
katoen
-
drukkerij-industrie.
In
dezen
tuin
is
inden
voorzomer
een
weelde
van
bloemen,
terwijl
een
kunstmatig
Beekje
langs
zijn
boorden
een
over
-
vloed
van
wild
gebloemte
bevat;
een
fraai,
van
elders
overgebracht
rococo
tuinhuisje,
bij
het
artikel
afgebeeld,
vormt
er
den
achtergevel
vaneen
inden
tuin
uitkomend
kantoor
J.
W.
E.
OUD
EN
NIEUW
UIT
AMSTERDAM'S
VERLEDEN
Hohenzollern-bezoeken.
Inde
Af
Rolt
Crt.
van
10
December
schrijft
de
heer
S.
Kalff
een
artikel
over
Oranje
en
Hohen
-
zollern.
Uit
den
aard
der
zaak
worden
heel
veel
dingen
behandeld,
waar
Amsterdam
bij
betrokken
was.
Zoo
b.v.
de
houding
der
am
-
sterdamsche
regenten
tegenover
Louise
Hen
-
riette,
de
oudste
dochter
van
Frederik
Hendrik,
de
echtgenoote
van
Friedrich
Wilhelm
I,
keurvorst
van
Brandenburg
;
bij
haar
huwelijk
vereerde
de
stad
haar
een
dubbel
snoer
parelen
ter
waarde
van
/
16000
;
toen
in
1655
weer
een
zoon
werd
geboren
aanvaardde
de
stad
het
peterschap
o.
a.
bestaande
ineen
lijfrente
van
/
1000
’s
jaars.
Op
verzoek
van
den
Keur
-
vorst
verzocht
en
verkreeg
deze,
dat
hem
jaar
-
lijks
een
kanon
zou
worden
gezonden.
In
1660
bood
de
stad
bovendien
aan
een
mar
-
meren
Pallasbeeld
van
Artus
Ouellinus,
dat
geplaatst
werd
inde
Thiergarten
te
Kleef.
In
1659
bezocht
Louise
Henriette
met
haar
zuster,
beiden
gehuwd
met
duitscbe
vorsten
Amsterdam;
de
stad
was
feestelijk
verlicht;
inde
stadsschouwburg
had
een
feestvoor
-
stelling
plaats.
In
1702
bezocht
de
Koning
van
Pruisen
de
stad.
Vijf
en
zestig
jaar
later
in
1768
had
een
officieel
bezoek
plaats
van
stadhouder
Willem
V,
oud
20
jaar,
met
zijn
jeugdige
gemalin,
Frcderika
Sophia
Wilhelmina,
prin
-
ses
van
Pruisen
oud
17
jaar,
waarvan
een
uitvoerige
beschrijving,
het
Verheugd
Amster
-
dam
door
Wagenaar
in
het
licht
werd
gegeven.
Ten
slotte
bespreekt
de
heer
Kalf!
ook
de
beide
Keizerbezoeken
in
1891
en
in
1907.
Dertig
Juni
1891
kwam
keizer
Wilhelm,
vergezeld
door
de
Keizerin
te
I
Jmuidenmet
de
Hohenzollern
;
in
Amsterdam
werd
bezocht
het
Rijksmuseum
en
het
graf
van
De
Ruyter,
waar
een
krans
inde
duitsche
en
nederlandsche
kleuren
werd
neergelegd.
In
1897
(December)
werd
bovendien
het
Burgerweeshuis
bezocht
;
de
duitsche
kolonie
bood
toen
een
adres
aan,
waarin
nadruk
werd
gelegd
op
het
aanzien,
waarin
het
groot
geworden
duitsche
rijk
zich
verheugen
mocht,
en
op
de
beteekenis
vaneen
volk
„das
wo
immer
auf
dem
weiten
Enden
-
wand
seinem
Civis
germanus
sum!
Geltung
zu‘
verschaffen
weiss”.
Het
was,
voeg
ik
hieraan
toe,
bij
het
eerste
bezoek
van
de
Keizerin
1891
dat
men
begrepen
heeft
den
Keizer
hier
ter
stede
te
ontvangen
als
Prins
van
Oranje
met
het
zoogenaamde
oude
Wilhelmus,
inde
bedorven
onbegrepen
Valerius-redactie,
die
sedert
gemeen
goed
van
ons
volk
is
geworden.
J.
W.
E.
Burgerweezen.
De
voorgenomen
af
-
schaffing
der
rood-zwarte
Weeding
der
burger
-
weezen
blijft
de
aandacht
trekken.
In
het
Geïllustreerd
Gemeenteblad
van
14
Januari
schrijft
Deka
er
over;
„De
tijdgeest
die
al
zooveel
wat
mooi
en
typisch,
wat
karakteris
-
tiek
was,
heeft
doen
verdwijnen,
zal
ook
daaraan
een
einde
maken.
Het
was
niet
anders
te
verwachten!
Toch
zal
menigeen,
die
ocg
heeft
voor
het
schoone
en
schilderachtige
van
de
Weeding,
die
verdwijning
betreuren.
En
dat
niet
alleen
vele
amsterdamsche
burgers
en
burgeressen,
mitsgaders
vele
schilders
cf
oudheidminnaars,
maar
ook
...
de
weezen
zelve;
althans
de
meisjes.
Ik
bedoel
niet
een
compliment
uitte
spreken,
als
ik
zeg
dat
de
rood-zwarte
uniform,
het
witte,
fijngeplooide
schouderdoek)e,
en
vooral
het
nuffige
kant
-
mutsje
met
zilveren
oorijzer,
de
amsterdamsche
weesmeisjes
flatteert.
Want
zoo
is
het
werkelijk!
En
ze
weten
ook
wel
dat
het
hun
goed
staat.
Vandaar
de
oppositie
die
het
denkbeeld
onder
12