Tekstweergave van GA-1920_JB018_00066

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
hunne bemiddeling aan te bieden, ten einde den oorlog tusschen Duitschland en de Porte te doen eindigen. Bij dezen tocht gaf hij een schitterend staaltje van zijn rijkunst, door in vijf dagen den afstand van het kamp van den Konings Stadhouder te Charleroi tot Weenen af te leggen; de slechte wegen uit die dagen in aanmerking genomen, waarlijk een kranig stukje! Rijk beloond keerde hij naar het vaders land terug. In het begin van den Spaanschen erfopvolgingsoorlog, in Juni 1702, na het innemen van eenige forten door de onzen, vertrok hij opnieuw als koerier, thans naar den Graaf van Athlone. Te Breda aangekomen hoort hij dat Nijs megen door de Franschen overrompeld is. Boufflers met een Fransch legerkorps te Zante liggende, was n.l. den 10 en Juni onverwachts naar de Mookerheide opgerukt, met het doel Nijmegen bij verrassing te nemen. Athlone was hem echter vóór geweest, door van Klarenbeek onder de stadsmuren terug te trek? ken. Wel waagde de vijand nog een aanval op twee stadspoorten, doch was spoedig genoodzaakt onverrichterzake den aftocht te blazen. De Heer Bors van Waveren kon dan ook den 13 en Juni uit den Haag aan Burgemeesteren van Amsterdam melden ; „omtrent seven uuren isser gearriveert een Courier van de voorg. graef Athlone medebrengende, dat de franssen waren van Nimwegen afgeweken, en haer Camp hadden geslagen tot Clarenbeek, alwaer ’t Camp van d’onse geweest was”. Toen Vleertman vernam dat het gerucht van de overrompeling valsch was, vervolgde hij per post zijn weg en bereikte veilig de stad. Inde Geldersche Volks*Almanak van 1849 komt het volgende voor van hetgeen onzen koerier in Nijmegen wedervoer. Na zijn bericht te hebben overgebracht des middags aan tafel zittende met den Gouverneur van de stad, den Graaf van Nassau, Sommerfeld en eenige andere hoofdofficieren, drong onverwachts het grauw met ontbloote messen de eetzaal binnen en bedreigde Vleertman, hem beschuldigende een Fransch spion te zijn. Spoedig werd de volksoploop door de onder de wapenen geroepen militie uiteengedreven, doch Vleertman was, voor zijn eigen veiligheid, genoodzaakt zich in arrest te stellen. Hoewel hij den volgenden dag door den Krijgsraad volkomen onschuldig werd verklaard, moest hij, ter nader onderzoek naar de oorzaak van het oproer, 16