Tekstweergave van GA-1917_MB004_00096

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM geleverd. Integendeel bracht het onderzoek zooveel bezwarends voor Fijtgen aan het licht, dat zij in Maart 1556 op de Voorpoort te ’s-Gravenhage werd gevangen gezet. Ook anderen werden gearresteerd, o.a. de vice - pastoor van de Oude Kerk, Floris Egbertsz en zelfs de burgemeester Hendrik Dirksz. De vice-pastoor werd in Maart 1558 gevangen genomen ; hij was blijkbaar de voornaamste beschuldigde. Het proces duurde eenige jaren. In April 1562 werd het vonnis van Floris Egbertsz geveld; hij werd wegens valsche beschuldiging veroordeeld om te worden ver bannen uit stad en jurisdictie van Amster - dam, ontzetting uit zijn ambt en inde kosten. Minder goed kwam Fijtgen er af : zij werd ter dood veroordeeld. Eenige andere beschuldigden kregen nog lichtere straffen. H. B. Levanthandel te Amsterdam. Dr. K. Heeringa gaf dezer dagen als dl. 34 van 's Rijks Geschiedkundige Publicati'én uit het tweede deel van de Bronnen tot de geschiedenis van den Levantschen Handel. Het bevat stukken van 1661 tot 1726. Het spreekt van zelf, dat Amsterdam in deze publicatie sterk cp den voorgrond treedt. De handel op den Levant was van oudsher goeddeels te Amsterdam geconcentreerd. Te Amsterdam zetelde dan ook het college van Directeuren van den Levant - schen handel. Inde andere steden heeft zich die handel nooit krachtig kunnen ontwikkelen, noch te Hoorn, waar van ouds ook een Di - rectie als te Amsterdam bestond, noch te Rotterdam, waar in 1671 zulk een college werd opgericht, noch te Middelburg, waar in 1695 hetzelfde geschiedde. Bijzonder ook treft den lezer het groot aantal amsterdamsche kooplieden, die men vindt in alle havensteden der Middellandsche Zee, vooral in Italië en in Turkije. Met name de hollandsche kolonie te Smyrna was van beteekenis; ook daarmede had Amsterdam voortdurend enge betrek - kingen. Een man van beteekenis waste Smyrna in het laatst der zeventiende eeuw Daniël Jan de Hochepied. Hij werd in 1657 te Amster - dam geboren en verloor zijn vader reeds op elfjarigen leeftijd. Hij werd naar Beverwijk op school gestuurd en kwam later bij zijn oom Daniël de Hochepied op het kantoor. Hij voerde daar echter weinig uit; er kwam een ongelukkige liefdesgeschiedenis bij ; zoo besloot de jonge Daniël Jan het vaderland te verlaten. 4 December 1677 lichtte hij het anker te Amsterdam en 17 Juli d.a.v. was hij op de reede van Smyrna. Wat hij eigenlijk daar uitvoerde, blijkt niet; wel, dat hij zich goed op de hoogte stelde van land en volk. In het begin van 1679 begaf hij zich naar Konstanti - nopel om den intocht van den Sultan te zien ; hij kwam daar aan huis van onzen gezant Justinus Colyen. Hij werd verliefd op de dochter van den gezant en huwde haar in hetzelfde jaar. Door deze aanzienlijke relatie was zijn promotie spoedig gemaakt. Hochepied bleef in Smyrna gevestigd, waar hij een be - langrijken handel dreef. In 1687 werd hij door de Staten Generaal benoemd tot nederlandsch consul te Smyrna, welk ambacht hij tot zijn dood in 1723 heeft bekleed. Bij diploma van den Keizer van 8 April 1704 werd hij benoemd tot hongaarsch baron. Zijn huwelijk was ge - lukkig, althans buitengewoon vruchtbaar; zijn vrouw schonk hem niet minder dan achttien kinderen. H. B. VRAGENBUS [Antwoorden in te leveren Heerengracht 68) ANTWOORDEN. Papensxeegje. De steeg, toegang ge - vende tot de van Bensdorp, heeft van oudsher af inden volksmond altijd Wapen van Delftsteeg geheeten. Oude Am - sterdammers spreken nog van de Wapen van Delftsteeg. De perceeltjes, vroeger gelegen in dat steegje, nummerden met Binnen-Amstel (thans Amstel). Het bordje „Papensteegje” thans aan die steeg geplaatst, behoort daar niet en wordt binnenkort verwijderd. Joh. Jansen. Vrij wijn. Dit was vroeger een ken - teeken, een vergunningsbewijs in die dagen aan apothekers winkels bevestigd dat ze van de overheid vergunning verkregen hadden om in hun zaak naast de geneesmiddelen, ook geestrijke dranken, spiritualiën, voor dadelijk gebruik aan den dorstigen mensch af te staan of te laten gebruiken. Ik herinner mij die „Vrij-wijn”-teekens nog aan het perceel Vijzelstraat 36; aan dat zelfde huiswas ook een gesmeed ijzeren uit - hangbord waarop met vergulde letters ge - schilderd inde Opgaande Zon, de naam van de tapperij in die dagen; het is veertig jaar geleden. Johan Kip. Vrij wijn. De beide halve tonnetjes met het opschrift Vrij wijn vindt men nog in het van de straat afgelegen perceel Keizer - straat 16 bij de Nieuwmarkt, dat zich in het steegje bevindt tusschen de perceelen 14 en 22 (waar een St. Joris inden gevel staat). Na de invoering der drankwet is de tapperij, die in het huisje werd uitgeoefend, verdwenen; er is nu een petroleum-affaire in. De groote stang, die tot ver inde Keizerstraat uitsteekt, droeg eens het uithangbord der tapperij. Het aardige hoekje verdient wel eens afgebeeld te worden, voordat het vroeg of laat in handen der sloopers valt De. M. Boas. CORRESPONDENTIE maandblad Dit nummer wordt los ver - zonden wegens gebrek aan materiaal. 88