Tekstweergave van GA-1917_MB004_00080

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM bezit van mevr. de wed. Vander Horst— Mirandolle te Amsterdam, die dagteekenen uit het begin der 19de eeuw. „Ik had, zoo besluit de schrijver, een en ander willen toetsen aan de practijk. Medio November 1916 begaf ik mij ter informatie naar een speelgoedwinkel inde Kalverstraat te Amsterdam, vernam aldaar, dat schimmen sedert eenige jaren niet meer verkocht werden en werd verwezen naar een grijsaard als den laatsten Nederlander, die ze nog maakte. „Dadelijk maakte ik er werk van. 30 No - vember begaf ik mij naar het opgegeven adres Lange Niezel 16, maar moest van den zoon vernemen, dat zijn vader Hendrik Matthijs Kreeft, juist 31 October te voren inden ouder - dom van 81 jaar was overleden, zijn weten - schap mede in het graf nemende. „Het eenige wetenswaardige dat ik nog van den zoon vernam was dit. De doozen met schermen werden afgeleverd met 4, 6 of 8 schermen met dienovereenkomstige libretto’s, de gewone soorten op papier, de betere op linnen geschilderd. Het olieën der schermen geschiedde na het beschilderen. De schaduw - figuren werden uitgeknipt naar schablonen - teekening. Eenige jaren geleden wanneer ? heeft een duitsche firma getracht ge - drukte figuren inden handel te brengen, welke te koop gesteld waren inde passage Wynand Fockink ; het debiet bleef uit omdat het karakter te Duitsch was”. H. B De oude vestingmuur van Amsterdam. Volgens het Handelsblad is men bij het op - graven van den grond voor het bouwen van een administratiegebouw ten behoeve van de Oranje-Nassaukazerne inde Kazernestraat, 3 meter onder den beganen grond, gestooten op muren van 1 meter dikte. Het blad meent dat dit overblijfselen zijn van den ouden wal - kuur, die de vesting Amsterdam omringde. D.K. VRAGENBUS (Antwoorden in te leveren Heerengracht 68j. VRAAG. Vrij wijn. Aan bet einde van de Bellamy - straat het vroegere Tuinpad ligt een herbergje, aan welks voorgevel twee overlangs doorgesneden vaten prijken, waarop de woor - den vrij wijn leesbaar zijn. Weet iemand wellicht nog plekken inde stad, waar dit oude herbergopscbrift in stand gebleven is ? Corn. J. G. ANTWOORDEN. Maatschappij tot redding van drenke - lingen. Het zonderlinge antwoord in het laatste nummer omtrent Johann Goll van Franckenstein (1722—1785) en zijne af - stammelingen noopt mij eenige verbeteringen aan te brengen. Ofschoon de mogelijkheid niet geheel is uitgesloten, lijkt het mij on- waarschijnlijk, dat zijn portret gevonden zou worden in het kantoor, dat alleen den naam behield, doch waarmede de familie sinds 1832 reeds niets meer te maken had. Te vergeefs echter zal men onder de familie Insinger afstammelingen van den bekenden bankier zoeken. Deze bestaan uit de afstammelingen zijner dochter gehuwd met jhr. O. W. J. Berg en 2 0 uit die van zijn eenigen zoon jhr. Johan Goll van Franckenstein (1756 —1821). Ondanks nauwkeurige navrage is het mij nimmer mogen gelukken eene afbeelding van Johan Goll van Franckenstein terug te vinden onder zijne afstammelingen, al za die ongetwijfeld hebben bestaan of wellicht nog bestaan zonder aanduiding van naam. Ed. Maatschappij tot Redding van Drenke - lingen. Het Gemeente-archief bezit por - tretten van Lublink, Meijer en Vernède. Over de stichters der Maatschappij gaf ik enkele bijzonderheden inde Navorscher, LVIII (1909), 291 en 602. Joh. C. B. Kalverstraax. —Voor zoover bekend is, komt de naam Kalverstraat het eerst voor in eene ten archieve berustende schepen - brief van 20 Januari 1396. Toen heette zoo het gedeelte straat van den Dam tot onge - veer de Sint-Luciënsteeg. Het volgende gedeelte heette de Binnen- of Bindwijk en eindigde bij de Bind wij kerpoort, op de plek waar later de Osjessluis heeft gelegen. Nog in 1596 werd de markt van schapen, lammeren en kalveren gehouden op den Dam vóór het Stadhuis, dus vlak vóór den ingang der Kalverstraat. Het ligt dus voor de hand dat deze markt haren naam aan de straat gegeven heelt. Tegen het verband met Calw pleit ook het feit, dat van eenig handelsverkeer met dit oude stadje niets blijkt. Een inzender maakt melding van den naam Kalverdijk, doch dezen heb ik nergens ge - vonden. Joh. C. B. Buitenplaats van Soloffihoff inden Haarlemmerhout. Twee en twintig Sep - tember 1750 verkoopt Isaac Lohoiï, koopman te Amsterdam, aan Floris Visscher te Haarlem een hofstede, (Vreedenhoff) met tuinmans - woning, stal, koets- en wagenhuis, schuur en verdere „betimmerte, bepootinge en be - plantinge”.. .. gelegen aan den groote Heem - steder Heereweg schuin over de Haarlemmer - hout, groot ± 328 roeden. (A. van Damme. De buitenplaatsen te Heemstede enz, blz. 120 en 140). Noch van Dmitri Soloffihoff, noch van Isaac Lohoff weet ik iets af. Was de laat - ste een (oost-duitsche ?) Israëliet ? Wie van die mannen meer weet, zal mij spoedig op de vingers kunnen tikken, als ik hier de gissing opper, dat die twee namen dooreen zelfden persoon gedragen zijn. E. J. Haslinghuis. 72