Tekstweergave van GA-1916_MB003_00116

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM PERSONALIA J. F. L: de Balbian Verster. —■ Een in ons Genootschap welbekend journalist, de heer J. F. 1,. de Balbian Verster, lid van de Redactie van Het Nieuws van den Dag, heeft op 4 November 1.1. zijn zilveren ambtsjubileum gevierd. Hij is dien dag in intiemen kring gehuldigd door de directie, hoofdredactie en redactie van zijn blad, die hem ter herinnering, en als blijk van waardeering en vriendschap, aanboden een exemplaar van het prachtwerk van Elias’ de Vroedschap van Amsterdam. Dit was wel een zeer toepasselijk en aange - naam geschenk voor den jubilaris. Want men kent zijn historischen zin en zijne liefde voor de geschiedenis van Amsterdam. Ook menig jaarboek van ons Genootschap (in het bestuur waarvan hij zitting heeft) en menig nummer van dit ons Maandblad (waarvan hij mede - redacteur is) leggen daarvan getuigenis af. In het bijzonder verricht Verster kunsthisto - rische nasporingen en dan op zeevaartkundig en koloniaal gebied. Vaak heeft hij aldus merkwaardige uitkomsten verkregen. Ver - scheidene schilderijen in het Rijks Museum, met eene tot dusverre niet te definieeren voorstelling van dien aard, zijn door hem verklaard. Zondag 5 November hebben de heer en mevrouw Verster in American-hótel receptie gehouden. Velen, en daaronder zeer bekende persoonlijkheden, waren aanwezig, wèl een bewijs hoe talrijke en aanzienlijke vrienden Verster zich inden loop der jaren heeft ge - maakt. Als het waar is —• en ik geloof dat zeker dat het hebben van vele relaties een eerste journalistieke verdienste is, dan behoort Verster ook, blijkens die receptie, tot de besten van zijn gilde. Speciaal onder de schilders bleek Verster voorts vele goede be - kenden te hebben. Dat bleek uit de samen - stelling der commissie voor het huldeblijk, hetwelk daarna met een toespraak van den heer Chr. Nuys, lid van de Redactie van het Alg. Handelsblad, werd aangeboden en dat bestond uiteen antiek buffet en een perzisch kleed. Natuurlijk was ook het bestuur van ons Genootschap tegenwoordig De redactie van ons Maandblad zal het mij zeker niet euvel duiden, wanneer ik hierbij zonder hiertoe door haar gemachtigd te zijn mede hare gelukwenschen aan vriend Verster en zijne lieftallige echtgenoote aanbied. D. K. F. C. Addicks. f Hier ter stede is over - leden, 54 jaar oud, de stadsklokkenmaker, fabrikant van torenuurwerken, de heer F. C. Addicks. Hij is in 1890 zijn vader, den heer J. H. Addicks, opgevolgd als klokkenmaker, nadat deze sinds 1843 de gemeentelijke torenuur-en speelwerken verzorgd had. Verschillende be - kende klokkenspelen zijn door hem ingericht, inde eerste plaats ook dat van het Rijks- Museum, hetwelk, naar men weet, uit Arne - muiden afkomstig is. Bij dit speelwerk heeft hij voor het eerst het door hem gevonden windvangsysteem toegepast, waardoor een grootere regelmaat bij het afloopen verkregen wordt. De twee laatste werken van den over - ledene zijn het speelwerk inden toien van Appingedam, en een groot werk dat nu slechts halverwege voltooid is, n.l. het 30 M. omlaag brengen van de vier wijzerplaten van den Dom te Utrecht, waardoor niet alleen het uur duidelijker zichtbaar is, maar ook de ar - chitectuur van den toren minder verstoord wordt. Gok de electrische verlichting van deze wijzerplaten, die een straal hebben van 1.80 M., is aangebracht door Addicks, volgens een door hem uitgedacht stelsel. Als belangrijke werken van den overledene dienen nog genoemd het torenuurwerk van de Vondelkerk, door hem voor den toren vervaardigd na den brand, waardoor een tiental jaren geleden het oude uurwerk verloren ging —■ en het electrische klokkenstelsel inde nieuwe stallen vanhetLoo. De heer Addicks was secretaris van den Nederlandschen Bond van Horlogemakers, en ie Secretaris van het Museum en het Archief voor Tijdmeetkunde in het Stedelijk Museum. Hij was een zeer bekwaam vakman. D. K. VRAGENBUS (Antwoorden in te leveren Heerengracht 68). VRAGEN. Ambachten. Een hier bestaande fi - lantropische Vereeniging vraagt financieelen steun. Ineen bijgevoegd overzicht over 1915/1Ö vertelt zij hulp te hebben verleend o.a. aan een commandeur, een machine - snijder, een provielslijper, een sopper en een styrelmaker. Vrage, wat zijn dit voor ambachten ? J. W. E. Gas. De heer J. D. Ketelaar vestigt mijn aandacht op het volgende over den datum, waarop de eerste proefneming met gasver - lichting in 1816 in het Besjeshuis geschiedde, en waarvan hiervoor melding gemaakt is in de nummers van September en October. Volgens Van de Vijver (IV 51) was dat 23 September, volgens dr. Breen zie p. 91 22 September, een Zondag. Een middenweg geeft G. P. Zahn Jr., op gezag van de Amster - damsche Courant, in zijn Geschiedenis der ver - lichting van Amsterdam-, n.l. Zondag 23 Sept., wat niet juist kan zijn, omdat in 1816 23 Sep - tember een Maandag was, terwijl ineen brief van het Bestuur van het Besjeshuis aan den heer Zahn, bij de voorbereiding van diens werk, als archiefuittreksel gezonden, weer uit - drukkelijk 23 September als de bewuste datum wordt genoemd. Hoe zit dit ? J. W. E. 108