Tekstweergave van GA-1916_MB003_00114

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM aan de groote klók gehangen wordt, of om - gekeerd. Op een ets van Zeeman en een fraaie teekening van Jan de Beyer zien we de reclame van de brouwerij de Star, Prin - sengracht tegenover de Noordermarkt, Een aquarel van Pieter van den Berge, van om - streeks 1700, vertoont de gecombineerde pomp - reclamefceweging van de brouwerij ’t Roode Hart, op de Prinsengracht bij de Reestraat (op de plek waar nu de school van de ver - eeniging Luther is) en op korten afstand zien we op een teekening van honderd jaren later, door Lamberts, de reclame van de brouwerij de Sleutels, die een gebouwtje van eenige meters hoogte op en over den wal heeft, waarboven op een hooge paal het embleem van de twee gekruiste sleutels, waarboven een kroon prijkt. Omstreeks dezen tijd is ook de reclame van de brouwerij van ’t Roode Hart (=hert, het dier dat volgens onze vade - ren altijd dorst had, en dus vanzelf was aangewezen om brouwerijen en herbergen tot symbool te dienen) in dezen zelfden stijl ver - anderd; waarschijnlijk gaat het watervervoer nu per as en is het hinderlijke en wellicht gevaarlijke pomp-insirument onder het napo - leontische nivelleersysteem tot afbraak ge - doemd. Eveneens van Lamberts bestaan teeke - ningen van de brouwerij ’t Amsterdamsche Wapen, op den Kloveniersburgwal, vertoo - nende onderscheidenlijk den ouden en den nieuwen reclamevorm. Ook op de vaten wordt de brouwerij-reclame niet vergeten, en op een mooie uitvoerige prent van Stoopendaal, die ons den zeven - tiend e-eeuwsch en Dam te zien geeft, nog in al zijn kracht en fleur, is het eerste wat wij op den voorgrond zien een aantal vaatjes van ’t Roode Hart, die naar een of meer van de talrijke Dam-herbergen worden gerold. Het zou misschien belangwekkend zijn, na te gaan hoe vroeg de brouwerij en op ’t gebied van de reclame alle takken van nijverheid reeds zijn voorgegaan, een boek over de amsterdamsche bierbrouwerijen moet nog steeds geschreven worden. Coen. J. G, Trambedrijf. ln de afdeeling Spoorweg - bouw- en Spoorwegexploitatie van het Konink - lijk Instituut van ingenieurs sprak in haar vergadering van 19 October de heer T. E. van Putten over de hoofdremise (Tollensstraat) en decentrale werkplaats der gemeentetram. De N. Rott. Crt. gaf daarover het volgende overzicht. Allereerst gaf spreker een beeld van het trambedrijf van Amsterdam, om te doen zien, hoe sterk de eischen die aan den technischen dienst worden gesteld, na invoering der elec - trische tractie zijn toegenomen. In 1899, het laatste jaar vóór de overne - ming van het ti'ambedrijf door de gemeente, werden ca. 22 millioen reizigers vervoerd; in het thans loopend bedrijfsjaar zal dit aantal met rond 100 millioen worden overtroffen. Deze zeer sterke vermeerdering is natuurlijk inde eerste plaats een gevolg geweest van de electrificatie van het bedrijf, en verder van de groote wijzigingen, welke Amsterdam zelf ondergaat en welke in nauw verband ook staan met de door de tram geschapen ver - keersmogelij kh eden. Het bedrijf is i Januari 1900 door de ge - meente overgenomen voor 6.4 millioen gulden; sedert is voor nieuwe werken en aanschaffing van nieuw materiaal besteed 12.6 millioen; afgeschreven is 6.3 millioen, zoodat de boek - waarde thans pl.m. 12.7 millioen gulden be - draagt. Het bedrijf heeft 3 hoofdremises en 4 bij - remises; de bouw vaneen vierde hoofdremise is in voorbereiding. Inden openbaren weg ligt 109 K.M. spoor. Het rollend materieel voor personenvervoer bestaat uit 320 motor - wagens en 300 bijwagens en heeft bovendien kort geleden een bestelling gekregen van 70 motorwagens en 70 bijwagens. Tot het rollend materieel behooren verder nog 6 motorwagens voor rangeerdoeleinden en materiaaltransport; 2 sneeuwveegwagens met roteerende bezems, 2 railreinigingswagens voor opzuiging van het vuil uit derailgroef; en nood- en pekelwagens. Het geheele perso - neel is pl.m. 3200 man sterk. Het is door voortdurende uitbreidingen mogelijk geweest de steeds toenemende eischen der snelgroei - ende stad behoorlijk te bevredigen, al heeft het bedrijf zelf zich menigmaal moeten be - helpen, als daardoor tijdelijk in sommige af - deelingen ruimtegebrek was ontstaan. Dit gebrek aan voldoende ruimte werd ook inde hoofdremise Tollensstraat en wel voorname - lijk inde centrale werkplaatsen en het maga - zijn gevoeld, en heeft daar aanleiding gegeven tot een verbouwing, die inden loop van het vorig jaar voltooid is. De nieuw geschapen toestand voldoet thans weder aan alle eischen. Bij de indeeling van het ca. 13,000 M 2 . groote terrein en het opmaken van het plan van bebouwing is uitgegaan van de overtui - ging, dat niet alleen voor wagenberging en voor ruime centrale werkplaatsen moet wor - den gezorgd, maar dat het gewenscht is voor het onderhoud der motorwagens een afzonder - lijke, van het bovengenoemd geheel gescheiden werkpl ats beschikbaar te stellen. De zorg, vroeger inde stallen aan de werkelijke paar - denkracht besteed, most hier opnieuw wor - den gegeven aan het met motoren van tien - tallen paardenkrachten toegeruste electrischc voertuig. De fouten, elders bij de invoering der electrische tractie begaan, toen die zorg vrijwel geheel achterwege bleef, en de slecht onderhouden motorwagen groote verrassingen baarde, hadden geleerd, hoe dringend noodig een systematisch en zorgvuldig onderhoud voor den goeden gang van zaken is. In deze afzonderlijke werkplaats, de z.g. revisieremise, 106