Tekstweergave van GA-1916_JB014_00172
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
in
’t
leven
achter
te
laten,
dat
alle
de
uijtstaande
goederen
in
Hooch*
duijtslant
onder
d’
Ed—
Heeren
Uitdenwinkel
en
Van
Kohier
berustende,
off
soo
veel
als
d’
selve
tegenwoordig
bedragen
zullen,
geerft
ende
genoten
werden
bij
zijn
testateurs
eenige
suster
Juffr.
Anna
Magrita
van
Zeesen,
off
bij
haer
voorafflijvicheijt
aen
haer
kinderen
ende
descendenten
bij
representatie
ende
die
mede
ontbreeckende
zullen
d’
voorschr.
goederen
gaen
aen
zijn
testateurs
naeste
moederlijcke
vrienden.
Alle
’t
welcke
zij
testateuren
verclaerden
te
wesen
haer
testament
ende
uijtterste
wille,
willende
wel
expresselijck
dat
hetselve
als
alsulcx
ofte
als
codicille
gifte
onder
den
levende
ofte
uijtsaecke
des
doots
soo
’t
selve
alderbest
ende
eenichsints
bestaen
mach
onverbreeckelijck
sal
worden
onderhouden,
schoongenomen
eenige
clausulen
off
solemniteijten
naer
rechte
off
costume
vereijscht
in
desen
niet
en
waren
achtervolcht.
Ende
versochten
sij
testateuren
aen
mij
notaris
voorn*
dat
ick
hier
van
soude
maecken
ende
haer
doen
hebben
instrument
openbaer
in
behoor*
lijcke
forma.
Aldus
gedaen
binnen
Amsterdam
ter
presentie
van
Andries
Goetwater
ende
Albert
Calenbergh
als
getuijgen
van
gelove
hiertoe
versocht
ende
gebeden
d’
welcke
verclaerden
de
testateuren
wel
te
kennen
ende
die*
geenen
te
sijn
die
sij
haer
hier
vooren
hebben
doen
noemen
mij
not
s
bekent
1
.
ANDRIES
GOETWATER
FILIP
VAN
ZEESEN
ALBERT
KALENBERG
1673
MARIA
BECKERS
quod
attestor
C.
v.
POELENBURGH
Not.
Pub.
1673
Het
blijkt
uit
dit
testament,
dat
zoowel
Zesen
als
zijn
echtgenoote
overeen
zeker
bezit
konden
beschikken;
de
echtgenoote
had
de
beschikking
over
„gelden
tot
Haerlem
te
goede
zijnde”,
waarvan
ingeval
van
kinderloos
over*
lijden,
terwijl
haar
moeder
nog
leefde,
aan
deze
als
„legitime
portie”
duizend
1
De
vlijt
van
wijlen
mr.
De
Roever,
de
welwillende
belangstelling
van
mr.
Veder
en
de
tegemoetkoming
van
notaris
Verloop
hebben
mij
in
staat
gesteld,
dit
testament
hier
mede
te
deelen.
137