Tekstweergave van GA-1915_MB002_00037
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
De
Burgemeesters,
die
op
Den
Tex
zijn
gevolgd,
zijn
bij
het
thans
levend
geslacht
nog
voldoende
bekend.
Ik
bepaal
mij
dus
tot
de
vermelding
dat
op
2
Januari
1880
mr.
Gijsbert
van
Tienhoven,
sinds
n
November
1874
Wethouder,
het
burgemeester
-
schap
aanvaardde,
dat
hij
bekleedde
totdat
hij
21
Augustus
1891
als
Minister
van
Binnenlandsche
Zaken
optrad.
Tot
zijn
opvolger
werd
14
October
1891
geïnstalleerd
mr.
Sjoerd
Anne
Vening
Meinesz,
burgemeester
van
Rotterdam,
die
van
1869
—1872
deel
had
uitgemaakt
van
het
Dagelijksch
Bestuur
der
Gemeente
en
de
schoonzoon
was
van
mr.
Den
Tex.
Burgemeester
Meinesz
trad
af
op
1
April
1901
en
werd
10
Mei
1901
vervangen
door
mr.
Willem
Frederik
van
Leeuwen,
sinds
1895
Wethouder
van
Financiën.
15
Januari
1910
legde
mr.
Van
Leeuwen
het
burgemeesterschap
neder.
In
zijne
plaats
kwam
16
Maart
1910
mr.
dr.
Antonie
Röell,
die
achtereenvolgens
burgemeester
van
Leeuwarden
en
Arnhem
was
geweest
en
op
15
Januari
1915
zijn
ambt
met
dat
van
Commissaris
der
Koningin
in
Noordholland
verwisselde.
Amsterdam
heeft
dus
sinds
1808
in
het
geheel
23
Burgemeesters
gehad,
en
wel:
Mr.
J.
Wolters
van
de
Poll
1808—x8n
W.
J.
van
Brienen
van
de
Groote
Lindt
x
8
Mr.
P.
A.
baron
van
Boetzelaer
1814
—1824
Mr.'D.
W.
Elias
1814-1828
P-
J-
Hogguer
1814—1816
J.
Brouwer
Joachimsz
1814
—1821
G.
Blaauw
1816—1824
Jhr.
mr.
A.
A.
Deutz
van
Assendelft
1821
—1824
Mr.
F.
van
de
Poll
1828—1836
Mr.
W.
D.
Cramer
1836—1841
P.
Huidekoper
1842—1849
Mr.
G.
C.
J.
van
Reenen
1853
Mr.
H.
Provó
Kluit
1853
Jhr.
mr.
J.
van
Iddekinge
(waarnemend)
1854
—1855
Mr.
C.
H.
B,
Boot
1855—1858
Mr.
J.
Messchert
van
Vollenhoven
1858
1866
Mr.
C.
Fock
1866—1868
Jhr.
mr.
C.
J.
A.
den
Tex
1868—1879
Mr.
G.
van
Tienhoven
1880—1891
Mr.
S.
A.
Vening
Meinesz
1891
—1901
Mr.
W.
F.
van
Leeuwen
1901
—igio
Jhr.
mr.
dr.
A.
Röell
igio—l9ls
J.
W.
C.
Tellegen
19
i
5
Joh.
C.
B.
UIT
BOEK
EN
TIJDSCHRIFT
Amsterdam
inden
tijd
der
vroeg
-
renaissance.
•
Een
wandeling
dooreen
oud-nederlandsehe
stad
is
de
titel
waaronder
dr.
M.
G.
de
Boer
een
populair
boek
geschre
-
ven
heeft
over
het
Amsterdam
voor
de
Alte
-
ratie
(1578).
Namens
den
auteur
zond
de
uit
-
gever
H,
Meulenhoff
een
exemplaar
ter
recen
-
sie.
Ik
kan
mij
gelukkig
rekenen
niet
te
moeten
recenseeren,
alleen
te.
kunnen
aankondigen,
om
de
eenvoudige
reden
dat
het
pogen
ge
-
slaagd
is,
om
te
geven
eene
beschrijving
van
het
uiterlijke
der
stad
met
de
versterkingen
en
belangrijke
gebouwen,
een
overzicht
te
construeeren
van
het
leven
in
die
dagen
aan
de
hand
der
rechtsbronnen
vooral
van
die
door
dr.
Breen
indertijd
uitgegeven.
Achter
-
eenvolgens
word
behandeld
o.a.
de
opkomst
der
stad,
hot
galgenveld,
de
plichten
der
burgers,
onderwijs,
werkliedenbewegingen,
melaatschen,
de
geloofsvervolgingen,
enz.
enz.
en
de
schrijver
heeft
daarbij
gelegenheid
hier
en
daar
opmerkingen
te
plaatsen,
die
het
vitale
van
geschiedstudie
helder
bewijzen.
Zoo
reeds
dadelijk
het
begin
der
inleiding.
29