Tekstweergave van GA-1915_JB013_00217

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
DE HOOGDUITSCHE APOTHEEK PRINSENGRACHT 578 DOOR DR. JOH. C. BREEN (BIJ DE TITELPLAAT) De titelprent van dit Jaarboek geeft een gezicht op de Prinsengracht bij de Spiegelgracht; langs de laatstgenoemde gracht ziet men op den achtergrond de korenmolen De Spiering, op het bolwerk Amstelveen- Met welwillende vergunning van den eigenaar, den heer L- A- Bouvy, werd dit kiekje ges nomen naar eene schilderij, die zich bevindt inde Hoogduitsche Apotheek der firma N. M. Bouvy &. Zoon, Prinsengracht 578. Het stgk is van de hand van den Amsterdamschen schilder Isaak Ouwater, die in 1793 op nog geen 43*jarigen leeftijd overleed en van wien gezichten op den Onvolmaakten Toren der Nieuwe Kerk en op de Sint Antonis Waag in het Rijks*Museum berusten. In zijne uitvoerige manier van schilderen doet hij denken aan den grooten meester Jan van der Heyden. Het zesde huis op de Prinsengracht, het laatste dat op de schilderij te zien is, is de zooeven genoemde Hoogduitsche Apotheek. Het is merkwaardig dat reeds meer dan anderhalve eeuw in dit huisde pharmaceutische kunst is beoefend. De bouwgrond in deze buurt werd inde jaren 1669 en 1670 door de stad verkocht, en zoo werd op 8 Januari 1670 Jasper del Beecq eigenaar van twee terreinen, n°. 5 en 6, aan de Prinsengracht, elk breed 22 en diep 100 voet, voor f 1040; tevens kocht hij de daarachter gelegen erven aan de Weteringstraat, die bij dezelfde breedte slechts 60 voet diep waren, voor f 440. De erven werden echter niet dadelijk met huizen bebouwd; nog in 1703 waren ze met „opstallen” bezet. In dat jaar werden ze in veiling ge* bracht, door Regenten van het Burgerweeshuis en Diakenen der Gereformeerde Kerk, als alimenteerende de vier kinderen van Jan Jonasse en Grietje Pieters, die voor 231 /537. en door Matthijs Reuvenigh, als voogd van het kind van Hendrick Claesz. Bosch en Tibbetje Jacobs, dat voor 300 / 637 er recht op had.