Tekstweergave van GA-1914_MB001_05005
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
deweg
vormen
zich
aldus
nieuwe
woorden.
Immers
een
artikel
inde
N.
Rott.
Crt.
29
dec.
Av.
A.
overeen
conflict
tusschen
den
officier
van
justitie
en
den
hoofdcommissaris
van
politie
te
Soerabaja
is
getiteld
:
„Hacévépé’s”
Het
lijkt
verstandig
dit
groeien
van
onze
taal
te
documenteeren,
nu
dit
blijkbaar
een
am
-
sterdamsche
origine
heeft.
J.
W.
E.
Penningkunde.
In
Buil.
v.d.
Oudheidk.
Bond
dec.
243
vestigt
A.
O.
van
Kerkwijk
de
aandacht
op
het
exemplaar
van
de
Catalogue
des
médailles
qui
se
trouvent
dans
le
cabinet
de
Nicolas
Chevalier
d
Amsterdam,
dat
voorkwam
in
veiling
Fred.
Muller
en
Cie
I—31
—3
dec.
no.
660.
Hij
vult
dezen
ongedateerden
druk
aan
door
de
mededeeling,
dat
de
stempelgraveur
en
munthandelaar
Nicolaas
Chevalier
blijkens
zijn
adreskaart
in
1698
te
Amsterdam
woonde
aan
het
Singel
op
de
Londensche
kaai
bij
de
Lijnbaansteeg
inde
„Kurieuse
Ruyter”.
J.
W.
E.
E?
Drukkunst
inde
zestiende
eeuw.
Inde
ige
aflevering
van
Wouter
Nijhoff’s
L'art
typographique
des
Pays
Bas
(1500
—1540)
zijn
prentjes
en
initialen
in
zincografie
gere
-
produceerd
van
het
Nieuwe
Testament
van
1526
en
uit
den
Bijbel
van
1527,
beide
van
den
amsterdamschen
drukker
Doen
Pietersz.
die
zijn
bedrijf
voerde
inde
Warmoesstraat
des
-
tijds
Kerkstraat
geheeten,
in
het
huis
Enge
-
lenburg.
J.
W.
E.
Telegraaf.
De
laatste
dagen
van
de
fransche
telegraaf,
nov.
—
dec.
1813
is
een
artikel
•inde
N.
Rott.
Crt.
(19
dec.
Ocht.
A.)
waarin
A.
N.
J.
Fabius
een
en
ander
vertelt
over
dit
onderwerp,
gebruik
makende
van
bescheiden,
afkomstig
van
admiraal
Verdooren,
ter
inzage
verstrekt
door
den
vice-admiraal
G.
F.
Tyde
-
man.
Ten
opzichte
van
Amsterdam
blijkt,
dat
een
Chappe-telegraaf-verbinding
in
1805
werd
aangelegd
met
het
hoofdkwartier
van
generaal
Dumoncean
te
Ossendrecht
en
dat
in
1809
een
dergelijke
lijn
gemaakt
werd
met
het
Loo.
Deze
inrichtingen
werden
na
1810
op
-
geruimd
;
de
lijn
Parijs—Antwerpen
werd
toen
verlengd
tot
Amsterdam.
Op
den
eersten
dag
der
volksbeweging
(15
Nov.
1813)
werd
het
toestel
op
de
Weesperpoort
vernield.
Eerst
veel
later
werd
weer
een
telegrafische
ver
-
binding
geinstalleerd.
Hoewel
niet
bepaald
amsterdamsch
voeg
ik
hieraan
toe,
dat
in
1797
door
A.
Hopman,
instrumentmaker
te
Haar
-
lem
verkleinde
modellen
vervaardigd
waren,
welke
verkrijgbaar
gesteld
werden
a
/1
:
4
bij
de
boekverkoopers
J.
van
Walre
en
Comp.
Een
prospectus
daarvan
is
bij
de
Vereeniging
van
den
Boekhandel.
J.
W.
E.
Oosterdoksluis.
De
amsterdamsche
correspondent
van
de
N.
Rott,
Crt.
bespreekt
onder
den
titel
Hoe
lang
nog?
in
het
nummer
van
14
Jan.
Av.
D.
de
te
smalle
doorvaart
-
ruimte
van
deze
opening,
die
nu
25
M.
be
-
draagt.
De
Nederlandsche
Scheepsbouw-maat
-
schappij,
die
nog
geen
vergunning
gekregen
heeft
van
de
desbetreffende
regeeringslichamen
om
naar
terreinen
bij
de
Oranje-sluizen
haar
bedrijf
over
te
brengen,
heeft,
naar
den
corres
-
pondent
verneemt,
de
Jan-Pieterszoon-Coen
op
stapel
voor
de
Stoomvaartmaatschappij
Nederland
welk
schip
nog
een
tikje
breeder
is
dan
de
doorvaartwijdte
inde
sluis
ter
hoogte
van
den
draaipijler
der
spoorbrug.
In
verband
hiermede
heeft
de
Ned.
Scheeps
-
bouwmaatschappij
vergunning
gevraagd
en
verkregen,
om
als
’t
schip
zijne
voltooiing
nadert,
den
zich
onder
water
verbreedenden
voet
van
den
pijler
wat
af
te
hakken,
onder
bepaling
evenwel
dat
zij
dien
pijler,
na
het
passeeren
van
de
Jan
Pieterszoon
Coen,
weer
inden
ouden
staat
moet
terugbrengen.
De
huidige
toestand
belemmert
te
zeer
de
nor
-
male
ontwikkeling
van
haar
levenskrachtig
bedrijf,
dan
dat
zij
er
zich
nog
langer
bij
zou
neerleggen.
J-
W.
E.
Geldhandel
in
1769.
In
het
Jahr
-
buch
des
Geschichtsvereins
für
das
Herzogtum
Braunschweig
Jhrg.
11
(1912)
publiceert
Wilhelm
Schmidt
een
uitvoerige
rijk
gedocumenteerde
studie
over
Der
Braunschweiger
Landtag
von
1768
—1770.
Het
doel
dezer
zitting
waste
voorzien
in
nijpend
geldgebrek.
Uiteen
brief
13
Januari
1769
uit
Schliestadt
afgezonden
(p.
95)
blijkt
dat
de
amsterdamsche
bankiers
-
firma
Ludcn
&
Comp
zich
bereid
verklaard
had
de
noodige
kapitalen
te
fourneeren.
J.
W.
E.
Reederij-vlaggen.
Inde
Amsterdam
-
sche
almanak
voor
koophanhcl
en
zeevaart
1914,
komt
een
afbeelding
voor
van
de
kantoor
-
vlaggen
en
onderscheidingsteekenen
op
den
schoorsteen
inde
voornaamste
reederijen
in
Nederland.
Amsterdam
is
vertegenwoordigd
met
dertien
vlaggen,
terwijl
Rotterdam
uit
-
komt
met
een
en
dertig
stuks.
Een
andere
plaat
geeft
de
vlaggen
van
zeemans-collegiën
in
Nederland
:
Amsterdam
compareert
hier
met
het
college
Zeemanshoop.
v.
D.
Alardus
Aemsxelredamus.
In
Het
Boek
(Jan.’p.
17
vlg.)
maakt
J.
F.
M.
Sterck
waarschijnlijk
dat
de
amsterdamsche
humanist
Alardus
en
de
schilder
Joan
van
Scorel
waar
-
schijnlijk
omstreeks
1508
met
elkander
kennis
gemaakt
hebben
op
de
latijnsche
school
te
Alkmaar.
Later
in
1531
heeft
de
eerste
twee
latijnsche
lofdichten
op
den
laatste
gepubli
-
ceerd
die
nu
herdrukt
en
vaneen
commentaar
voorzien
zijn.
Genoemd
worden
ook
nog
de
amsterdammers
Dominicus
Gavius
Magdalius
beheerder
van
het
Bethanienconvent
(1532)
en
Cornelius
Crocus
(1532).
J.
W.
E.
29