Tekstweergave van GA-1910_JB008_00179
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
(over
wien
nader),
stroopers,
die
den
gewonen
boekhandel
ongetwijfeld
veel
kwaad
hebben
gedaan.
Niettemin
gevoelde
hij
zich
genoopt
er
aanstonds
bij
te
voegen;
„Maarde
duizenden
Fransche
en
Engelsche
boeken,
die
zij
met
hunne
goedkoope
prijzen
gebracht
hebben
in
woningen,
waarin
ze
anders
wellicht
niet
gekocht
zouden
zijn,
hebben
daar
de
kiemen
gelegd
tot
eene
ontwikkeling,
die
aan
later
tijd
ten
goede
is
gekomen”.
Och
ja,
’t
zijnde
slechtste
vruchten
niet,
waaraan
de
wespen
knagen!
Ongeveer
in
het
jaar
1820
heeft
Benjamin
Suggitt
Nayler,
Engelsch
-
man
van
geboorte,
zich
te
Amsterdam
als
boekbinder
gevestigd
op
den
Dam,
bezijden
het
Paleis
no.
10,
tusschen
Pijpenmarkt
en
Kalver
-
straat,
thans
Paleisstraat
5.
Hij
dreef
zijne
zaak,
door
hem
de
Engelsche
Boekbinderij
genoemd,
onder
de
firma
Nayler
&
Co.,
in
compagnie
met
John
Teasdale,
welke
compagnieschap
in
1826
werd
ontbonden,
blijkens
de
aankondiging
daarvan
inde
Amsterdamsche
Courant:
Know
all
men,
that
by
mutual
consent
B.
S.
Nayler
and
John
Teasdale
have
this
day
dissolved
partnerschip,
as
witness
our
hands
this
firstday
of
March
1826.
Zeker
in
verband
met
zijn
huwelijk,
waarop
zal
worden
teruggekomen,
was
toen
de
binderij
reeds
verplaatst
naar
de
Keizersgracht
no.
564,
bij
Felix
Meritis.
De
zaak
schijnt,
uiteen
financieel
oogpunt
beschouwd,
niet
met
goed
gevolg
te
zijn
gedreven,
wat
waarschijnlijk
aanleiding
zal
hebben
gegeven
tot
het
uiteengaan
der
vennooten,
en
gewis
ook
de
oorzaak
ervan
was,
dat
door
Nayler
herhaaldelijk
bij
advertentie
jongelingen
-
bij
voor
-
keur
Hollanders
als
leerlingen
werden
gevraagd
om
het
boekbinden
op
Engelsche
wijze
te
leeren.
Hoe
dit
ook
wezen
moge,
reeds
inden
zomer
van
1826
had
hij
zijne
woning
op
de
Keizersgracht
verlaten
en
verwisseld
met
eene
op
den
Oude
Zijds
Voorburgwal
(Fluweelen
Burgwal)
no.
55.
Van
toen
af
heette
de
zaak
de
Nederlandsche
Boekbinderij,
maarde
naam
der
firma
was
en
bleef
Nayler
&
Co.
Een
jaar
later
werd
door
Nayler,
om
oog
te
houden
op
het
werkvolk
en
de
boeken,
een
compagnon
in
zijne
zaak
gezocht,
dien
hij
blijkbaar
niet
heeft
kunnen
vinden;
althans
op
1
Mei
1828
wederom
verhuisd,
nu
naar
de
Heerengracht
over
het
Koningsplein
no.
535,
werd
inde
bladen
opnieuw
door
hem
iemand
verlangd,
tusschen
25
en
35
jaren
oud,
als
compagnon
in
zijne
boekbinderij.
Al
spoedig
daarna,
31
Januari
1829,
berichtten
Nayler
&
Co.
aan
142