Tekstweergave van GA-1908_JB006_00096
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
en
als
„gecoren
voogt”
van
Mary
Gberitsdr,
bij
twee
acten
de
beide
haar
toekomende
helften
inde
Roode
Leeuw
aan
Cornelis
Jansz,
mede
Berger
-
vaarder.
Als
lendenen
werden
genoemd:
het
huisde
Engelsche
Dog
aan
de
Westzij
en
het
Roode
Leeuwsteegje
aan
de
Oostzij,
’t
Oud-eigen
bedroeg
41/2
Frankr.
Schilden
en
11/g
Wilh.
Schild
(volgens
eender
acten
9
gld.
13
1
2
st.).
’t
Was
waarschijnlijk
een
zoon
van
den
kooper,
die
in
1632
zijn
testament
maakte.
Hij
heette
Hendrik
Cornelisz.,
wonende
inde
Roode
Leeuw,
en
had
twee
dochters
Cornelia
en
Jannetje,
over
wie
hij
tot
voogden
aanstelde
zijn
zwager
Jan
Cornelisz.
,
printer
”
en
zijn
neef
Boudewijn
v.
Boshüijsen.
Een
dier
dochters
zal
wel
geweest
zijn
Cornelia
Hendriks
de
Leeüw,
die
in
1
<>72,
met
haar
echtgenoot,
Bernard
van
Ceanepoel,
voor
den
notaris
Olie,
een
testament
maakte,
waarin
ook
hun
dochter
Eva
wordt
genoemd.
Deze
Eva
v.
Cranepoel
maakte
haar
testament,
toen
zij
in
1710
als
„bejaarde
dochter”
op
’t
Begijnhof
leefde.
In
1717
verkochten
de
executeurs
van
hare
nalatenschap:
Alb.
v.
Ravesteyn
en
Pietek
Notelles,
het
huis
voor
ƒ
14,000
aan
Maria
Graadt,
weduwe
van
P.
Sceperus.
Reeds
in
1719
maakten
dier
erven
boedelscheiding,
waarbij
de
Roode
Leeuw
bij
loting
ten
deel
viel
aan
Abr.
Sceperus
v.
Eubergen.
De
weduwe
van
dezen
heer,
Agaïha
Sceperus.
verkocht
in
1739
(bijgestaan
door
Jan
Blok
Adez.
als
,gecoren
voogd”)
het
perceel
aan
Anthonij
Buijn
voor
ƒ
4000
contant
en
ƒ
12000
op
Hypotheek.
Er
stond
toen
nog
een
Oud
-
eigen
op
het
huis
van
ƒ
I.
18
st.
1
penn.
ten
bate
van
N.
de
Clekcq,
heer
van
Bourgues.
Buijn
heeft
al
spoedig
het
huis
verbouwd
en
hooger
opgehaald,
zooals
blijkt
uit
vergelijking
van
de
oudste
afbeelding
van
den
Dam,
hiernevens
gereproduceerd,
met
die
door
C.
Philips
Jz.
naar
Pronk
(1743)
en
met
de
afbeelding
van
1763.
De
Hypotheek
heeft
geloopen
tot
het
jaar
1775.
Buijn
had
er
inmiddels
in
1755
nog
een
tweede
bij
opgenomeu
van
/
4000
bij
Simon
Ceamer
Jacz.
Den
2
Dec.
1760
verkocht
hij
het
huis
aan
zijn
zoon,
Is.
Buijn
Anthz.,
voor
ƒ
1000
contant
en
overname
der
beide
Hypo
-
theken.
Deze
Isaak
Buijn
huwde
in
1767,
met
huwelijksvoorwaarden,
Johanna
Elisab.
Groneman
en
overleed
in
1794.
In
1761
had
hij
zijn
bezit,
vergroot
door
den
aankoop
van
het
inde
Krom
Elleboogsteeg,
naast
de
Roode
Leeuw,
gelee
en
huis
het
Haasje,
hetwelk
vroeger
aan
Jan
Roman
had
behoord
en
in
1754
bij
willig
decreet
was
getrans
-
porteerd
aan
Salomon
Valk,
wiens
zuster
en
erfgename,
Agatha
Valk,
het
in
1761
voor
ƒ4500
aan
Buijn
afstond,
die
het
geheel
liet
verbouwen.
In
1796
kwamen
de
vijf
kinderen
van
Isaac
Buijn
(waaronder
eene
dochter,
die
met
Jacob
Titsingh
was
gehuwd)
tot
boedelscheiding.
Daarbij
werd
aan
den
oudsten
zoon
Anthony
toebedeeld
het
(thans
onbezwaarde)
huisde
Roode
Leeuw,
benevens
het
Haasje
inde
Krom
Elleboogsteeg.
68