Tekstweergave van NL-ZtGAZ_9001-11_1917_0029

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
GAS- en WATERLEIDING. het inkomen, waarover zij ,te beschik- ken heeft of dat te haren behoeve wordt aangewend. Art. 5. 1- Voor de berekening van het jaar- lijksch inkomen gelden voorts de volgende regelen: a. het inkomen uit roerende of on- roerende zaken wordt gesteld op het bedrag, dat genoten is over het jaar voorafgaande aan het belastingjaar, met inachtneming van de op den len Januari van het belastingjaar bekende bijzondere omstandigheden, welke tot vermeerdering of vermindering van deze inkomsten in dat jaar aanleiding geven. Indien de belastingplichtige in het voorafgaande jaar geen inkomsten als bovenbedoeld genoten heeft, wordt het inkomen gesteld op het bedrag, dat gedurende het belastingjaar vermoede- lijk genoten zal worden; eveneens voor dat gedeelte roerende of onroerende zaken, waarvan in eenig jaar geen in ­ komsten zijn genoten; b. het inkomen uit arbeid, ambt, bediening, beroep, bedrijf, betrekking, handel, nijverheid of onderneming, van welkenaard ook, wordt: lo. voor vaste bezoldiging, toelage of loon berekend naar den toestand op den len Januari van het belastingjaar, met inachtneming der op dezen datum bekende bijzondere omstandigheden, welke tot vemeerdering of verminde ­ ring van deze inkomsten in het belas ­ tingjaar aanleiding geven; 2o. voor winst en veranderlijke be- looning, van welken aard ook, gesteld op het gemiddelde, dat als zoodanig genoten is over de laatste drie aan het belastingjaar voorafgaande jaren. Indien de arbeid, het ambt, de be ­ diening, het beroep of bedrijf, de be ­ trekking, handel, nijverheid of onder ­ neming langer dan een, doch korter dan drie jaren is uitgeoefend, bekleed of gedreven, wordt het inkomen ge ­ steld op het gemiddelde over dat tijd- vak; bij korter duur dan een jaar, op de vermoedelijke opbrengst, gedurende het belastingjaar; c. het inkomen uit wachtgeld, pen- sioen, lijfrente of andere periodieke uit- keering genoten, wordt berekend naar den toestand op 1 Januari van het belastingjaar, met inachtneming der op dezen datum bekende bijzondere om ­ standigheden, welke tot vermeerdering of vermindering van deze inkomsten in dat jaar aanleiding geven. 2. De in dit artikel opgenomen rege ­ len gelden ook voor de berekening van het inkomen van hem, die in den loop van het jaar belastingplichtig wordt, in dier voege, dat niet rekening wordt gehouden met de op den len Januari van het belastingjaar, maar met de op het tijdstip, waarop de be- lastingplicht aanvangt, bekende bijzon ­ dere omstandigheden, welke tot ver ­ meerdering of vermindering van in ­ komsten in het belastingjaar aanleiding geven. Art. 6. 1. Van het aldus verkregen zuiver inkomen wordt als onbelastbaar afge- trokken voor noodzakelijk levensonder- houd: a. voor ongehuwden en voor we- duwnaars en weduwen zonder kinderen f 400.—; b. voor gehuwden, weduwnaars of weduwen met fen hoogste drie kin ­ deren of kleinkinderen te hunnen laste f 500.—; c. voor gehuwden, weduwnaars of weduwen met vier of meer kinderen of kleinkinderen te hunnen laste f 550.—; 2. Onder kinderen of kleinkinderen worden in deze verordening verstaan zij, die nog niet den leeftijd van 18 jaar hebben bereikt. 3. Met kinderen of kleinkinderen onder 1 bedoeld worden gelijk gesteld, inwonende bloed- of aanverwanten in de rechte opgaande lijn, inwonende kinderen en kleinkinderen van 18 jaar STELT SCHUITEN DISPONIBEL om zonder overlading goederen door QEHEEL NEDERLAND te bestemder plaatse te brengen.